Tiecelijn. Jaargang 4
(1991)– [tijdschrift] Tiecelijn– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 92]
| |
Rita SCHLUSEMANN, Die hystorie van reynaert die vos und The history of reynard the fox. Die spätmittelalterlichen Prosabearbeitungen des Reynaert-Stoffes. Frankfurt am M., Verlag Peter Lang, 1991. 243 p. (Europäische Hochschulschriften: Reihe 1, Deutsche Sprache und Literatur, Bd. 1248). ISBN 3-631-43524-X. 70 DM. (Bespreking volgt.)Uit de inhoud: Prozaroman - Reynaerttraditie - bewerkingstechniek - structuurkenmerken - prologen - verteltechniek en stilistische kenmerken - inhoudelijke wijzigingen - plaats en functie van de laat-middeleeuwse prozabewerkingen van de Reynaertstof - selectiecriteria van Leeu en Caxton. | |
Werner SCHMIDT (Red.), Der Fuchs. Oberkirch, 1988. ISBN 3-926-973-02-1. Ca. 900 BF.Mooie verzorgde luxueuze uitgave met vosse-iconografie. Een uitgave van de ‘Künstlerkreis Ortenau en de ‘Bausparkasse Schwäbisch Hall’ met bijdragen over de vos in de literatuur (D. Arendt), in het sprookje (W. Schultze) en de vos in de kunst (B. Baumann).
Wie deze uitgave wenst te verwerven kan contact opnemen met Erwin Verzandvoort, Dommelborch 70, 5247 SG Rosmalen (Nederland). | |
Andre Th. BOUWMAN, Reinaert en Renart. Het dierenepos ‘Van den vos Reynaerde’ vergeleken met de Oudfranse ‘Roman de Renarf’. Amsterdam, Prometheus, 1991. (Nederlandse literatuur en cultuur in de middeleeuwen, 3). ISBN 90-5333-037-2. (Bespreking volgt.)De Oudfranse grondtekst - Bewerkingscommentaar - Het bewerkingsgedrag van de Reynaertdichter - synoptische editie van Van den vos Reynaerde en Branche I. | |
R. VAN DAELE, H. HEYSE, M. RYSSEN, Het land van Reynaert. Met illustraties van Robert Dewilde en talrijke kaartjes. Leuven, Davidsfonds, 1991. (Garengenaaid - 192 p.; Formaat: 11,5 × 22 cm). ISBN: 90-6152-744-9. 450 BF (Bespreking volgt).Verkrijgbaar: in de goede boekhandel (behalve bij de Standaardketen), bij de uitgever (Blijde-Inkomststraat 79-81, B-3000 Leuven), in de Wase VVV-kantoren en bij de auteurs. Wie via Tiecelijn bestelt, betaalt de winkelprijs, krijgt het boekje thuis én steunt Tiecelijn.
Een genreverleggend boek: een literairhistorische verkenning én toeristische gids. De route: Autowandelroute: Hulst-Sint-Niklaas: 86 km; Sint-Niklaas-Rupelmonde: 19 km Daknam-Destelbergen-Daknam: 60 km. Niet bewegwijzerd, langs landelijke wegen, geschikt voor fietsers. Met ingebouwde wandelmogelijkheden en stadswandelingen. Opgesplitst Reynaertlangeafstandspad: Hulst-Rupelmonde: 115 km (ook voor fietsers). | |
[pagina 93]
| |
Net voor publikatie van deze Tiecelijn viel de laatste jaargang van Reinardus in de bus. | |
B. LEVY en P. WACKERS (Red.), Reinardus. Yearbook of the International Reynard Society. Amsterdam, John Benjamins, 1991. ISBN 90-272-4032-9.Met bijdragen over de branches XII (R. Bellon), VIII (N. Fukumoto) en I (G. Roques); en meer algemene Renartartikels van J. Subrenat, J. Dufournet en I. Weill. Ook de Reinhart Fuchs (J.M. Pastré) en de Renart le Nouvel (E. Suomela-Härmä). Voor de Middelnederlandse teksten en receptie wordt het wachten op het Groningse congres (juli 1991). [R.v.D.] | |
DIZ WALLIS, Something Nasty in the Cabbages. Andover Hampshire, Ragged Bears, 1991. ISBN 1-870817-58-3. Ca. 600 BF. (30 × 21,5 cm).Diz Wallis vertelde en tekende dit schattige en aantrekkelijke kinderverhaal. Op de vijfentwintig bladzijden staat meer illustratie dan tekst. Het verhaal zelf werd ontleend aan de tweede branche van de Roman de Renart van Pierre de Saint-Cloud. Onmiddellijk Engelse humor: het boek is opgedragen aan Chloe, ‘who hates cabbages’. Het verhaal zelf wordt sober maar met trefzekere woordenschat verteld en sluit sterk aan bij de verbeeldingrijke illustraties, als het ware een verklaard kijkboek. De illustraties primeren op de tekst. Zo bijvoorbeeld: ‘Constant and his wife (‘Here they are...’) wonen in een paradijselijk oord. In een korenveld naast hun arcadisch hoevetje scharrelen de kippen onder het waakzaam oog van Chantecler, hoog op zijn mesthoop. Een stevige en oninneembare omheining ontzegt de hongerige vos alle smulgenot. Tot hij toch een opening vindt en als ‘something nasty’ tot bij de haan sluipt, tot verschrikking van de kippen die vergeefs hun hoeder proberen waarschuwen. Dan komt het vogel-kaas-zang-thema op de proppen. De haan zingt op aandringen van de vos met gesloten ogen en wordt meteen pluimstuivend bij de strot gegrepen. Reynard verdwijnt bliksemsnel. Door his wife verwittigd, ijlt Constant met het hele dorp de dief achterna. Maar Chantecler is slim. Op zijn beurt verleidt hij de vos tot een aria zodat de vraatzuchtige muil loslaat. Terug op zijn kool-erf pakt Chantecler uit met zijn heldendaad. Reynard blijft op zijn honger zitten. Kinderen zullen verrukt naar de ‘realistisch aandoende’ illustraties kijken. Bontgekleurd, een idyllische droomwerkelijkheid omlijnend, waarop hedendaagse vervuilingsmonsters nog geen vat hebben; lief en toch ril-wreed waar het past, de verbeelding meetrekkend naar een eigen verhaal. Een beetje utopisch en toch weer realistisch: tussen de bijtjes, muisjes, egels, vlinders en vuurvogels ligt achteloos in het groengroene gras een moderne fiets. Het toetje is de lieflijke sfeer alom. Laat het Engelstalig zijn, de liefderijke oma of opa kunnen met de peuter op de schoot een wonderlijke wereld ontvouwen over Reynard, die ditmaal zelf in het ootje wordt genomen. Dergelijke kinderboeken zouden ook in het Nederlands moeten verschijnen. Over Reynaert uiteraard. [M. RYSSEN] |
|