Thirsis Minnewit. Deel 1
(2012)–Anoniem Thirsis Minnewit– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 148]
| |
Wyse: Folie d’Espagne1.
Geen pyn is voor een maagt soo swaar te dragen
Als dat sy van een Minnaar werd gewond
En zy aan hem niet derft om weêrmin vragen
Schoon sy hem gunst betoont Met hert en mont.
2.
Sy derft aan hem haar’ liefde niet vertellen:
‘t Is wel haar’ wil, maar strydend met haare eer.
De kuisheid die haar altyd blyft verzellen,
Verbied het haar, de Maagdom is te teêr.
3.
Zo eeven Ga naar voetnoot+ staat de Minnaar ook verlegen
Wanneer hy heeft gevonden naar zyn hert
Een Maagd waar toe zyn' driften zyn genegen
En egter haar niet klaagen derft zyn smert.
4.
Al blykt hem klaar aan ‘t vlonkre van hare ogen
En aan de gunst die sy hem toond, zo groot,
Haar’ weedermin, de moed is hem ontvlogen:
Hy blijft van vrees voor wygering schier doot.
5.
Dus lijden hier twee zielen bittre smerte.
De Juffer brand van min en ongeduld:
O minnaar, denkt gy 't niet, uw bloode herte
Heeft van haar pijn en de uwe alleen de schult?
|
|