Thirsis Minnewit. Deel 1
(2012)–Anoniem Thirsis Minnewit– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 1]
| |
[O wrede, stuurse Maagd]1.
O wrede, stuurse Maagd,
Hoe zijn verkeert uw zinnen Ga naar voetnoot+
Dat gy geen liefde draagt
Aan die uw plagt te minnen;
Dat gy nu van my vlugt
Als ik U Liefde toon!
Om u is ‘t dat ik sugt:
Is dat voor mijnen loon?
2.
O wrede mijn Godin,
Om u so moet ik sterven,
Want gy veragt mijn min.
Sal u een ander erve?
Philis en doet dat niet,
Want ik lijd sulken pyn
- Gelijk gy nu wel siet -
Ja, noit gesont kan zijn. Ga naar voetnoot+
3.
Waer is, helaas, die tijd
Dat gy my plagt te schenken
Uw trouw’ genegentheyd?
Wilt daar maar eens om denken
Hoe g’hebt mijn ziel doorwont
In ‘t midden van mijn hert,
Dat Ga naar voetnoot+ een kusjen aan uw mond
My nu gewijgert werd.
4.
Ik had dat noit gedagt
Wanneer ik na u vrijde,
Als gy mijn liefde sag,
My brengen sou in lijde.
Gy zijt wel straf van sin
Dat gy my niet bemint,
Daar ik tot u, Godin,
Van herten ben gesint.
5.
‘k Heb u noit afgegaan
Of u noit afgeweken
Maar mijne min blyft staen
Duisentmaal meer ontsteken. Ga naar voetnoot+
Waarom my so veragt,
Waarom my so versmaat,
Dat gy myn sugt Ga naar voetnoot+ belagt
En elders liefde draagt?
| |
[pagina 2]
| |
6.
Vaart wel, o schoonste Beeld,
Vaart wel, stuurse Vrindinne!
Gy hebt mijn ziel gestreelt
Door uw gevijnsde sinnen, Ga naar voetnoot+
Gy brengt mijn ziel vol smert,
Rukt my het leven af:
Blyf nu ook in myn hert Ga naar voetnoot+
Tot dat ik daal in ‘t graf!
|