Het groote Tafereel der dwaasheid(1720)–Anoniem Tafereel der dwaasheid, Het groote– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Beurtzang over den Actie-handel tusschen een Geldersman en Hollander G. WAt razerny bespringt uw Steden In dezen kommerlyken tyt? H. Begeerte, om de Armoê te vertreden Een plaag die uw Gewest verbyt. G. Wie klaagt dat? onder kleine en grooten Is elk hier met zyn lôt te vreen. H. Ja! was 't geluk u niet ontschoten Van de Actiehandel in te treen. G. Ons zou geen schat behagen konnen. Als valssen speelders winst beschaart. H. My scheelt het niet, hoe 't wort gewonnen Als 't maar gereede munten baard. G. De Zeerôb vaart om winst en woeker Tot voor de poorten van de hel, H. Daar vaart de schrale Aardapplen zoeker Met boom-en akkervrugt af wel. G. Hebben is hebben, zegt de Roover Maar aan het krygen hangt de kunst. H. Regt. Hollant spot met Jonker pover. Die gelt heeft, wint daar yders gunst. G. Verfoejelyk is zulk eene agting Daar adel nog verdienste geld. H. Geen zegenryker Eerbetragting Dan daar de kas en beurs afzwelt. Met schop en spa door de aard te vroeten Is 't beste, dat uw Landstreek leert. G. Dat 's beter, dan door 't schelms bankroeten Na 't vry Vianen gelaveert. H. Een onheil, dat geen mens kan weeren, Vorige Volgende