Nederlands digitaal
Redactie Onze Taal
Tegenwoordig heeft vrijwel iedereen een mobiele telefoon met ‘voice dialing’, en veel mensen zullen al eens gesproken hebben met de sprekende computer van OV-reisinformatie. Met deze toepassingen lijkt voor het eerst een oude droom verwezenlijkt: machines die naar de menselijke stem luisteren.
Maar ook op andere gebieden begint de communicatie met machines langzamerhand concrete vormen aan te nemen. Tekstverwerkers tikken ons op de vingers bij grammaticale fouten, kleine apparaatjes begrijpen wat we zeggen, en onze pc's praten terug. Roepen we straks onze auto uit de garage? Sturen we onze koelkast om een boodschap? En, ook niet oninteressant: in welke taal zal dat gebeuren? Je zou misschien zeggen het Engels, maar in de afgelopen decennia hebben Nederlandse onderzoekers een belangrijke rol gespeeld op taalen spraaktechnologisch gebied. Met als gevolg dat de computer inmiddels een aardig woordje Nederlands spreekt.
Illustratie: Frank Dam
Dit themanummer is gewijd aan al dit soort duizelingwekkende ontwikkelingen. De meeste daarvan kregen pas de laatste jaren hun beslag. In de tweede helft van de vorige eeuw bestond er voornamelijk theoretisch onderzoek, in het kielzog van de militaire geheimschriftontcijfering uit de Tweede Wereldoorlog. In een interview met drie gezichtsbepalende hoogleraren computerlinguïstiek wordt een beeld geschetst van deze periode.
Een belangrijke uitvinding is de moderne spraakherkenner; Helmer Strik gaat er dieper op in. En Wilbert Spooren belicht een computerprogramma dat teksten samenvat. Dat programma zou uiteindelijk zelfs kunnen leiden tot een digitale docent. Jan Erik Grezel gaat na in hoeverre zo'n digitale docent in het vreemdetalenonderwijs al werkelijkheid is.
De sprekende computer kan een uitkomst zijn voor gehandicapten, net zoals mensen met een muisarm baat kunnen hebben bij een dicteermachine. Herbert Blankesteijn beschrijft de jongste ontwikkelingen op dit gebied - en Jan Kuitenbrouwer laat zien dat het spreken tegen de computer nog niet zo eenvoudig is. En hoe taalgevoelig zijn zoekmachines voor internet? Theo Stielstra gaat daar nader op in.
Marc van Oostendorp snijdt een actueel onderwerp aan, dat al aan de basis stond van het allereerste taaltechnologische onderzoek: kan de taal- en spraaktechnologie ingezet worden bij het opsporen van terroristen of het ontcijferen van geheimschrift? Zijn we ook van de digitale detective nog maar een muisklik verwijderd?
Communiceren met je computer. Jarenlang leek dat toekomstbeeld ver weg, maar het lijkt nu dichterbij dan ooit. Ook de sceptici zullen eraan moeten geloven: niet alleen Nederland, maar ook het Nederlands gaat digitaal.