Scepsis over pauselijke vertaaleisen
De liturgische teksten en liederen van de Rooms-katholieke Kerk van de afgelopen 32 jaar moeten worden herzien. Dat is althans de strekking van de pauselijke instructie Liturgiam Authenticam (‘authentieke liturgie’), waarin paus Johannes Paulus II heeft bepaald dat vertalingen zo dicht mogelijk bij de Latijnse bron moeten blijven. De vorige instructie, uit 1969, liet tekstdichters en vertalers veel meer vrijheid. Binnen vijf jaar moeten de bisschoppen een werkplan aan het Vaticaan presenteren waarin zij duidelijk maken hoe en binnen welke termijn liturgische teksten herzien kunnen worden.
Waarschijnlijk zal de invoering van de pauselijke instructie ingrijpende gevolgen hebben voor de Nederlandse liturgie in rooms-katholieke missen. Onder andere het altaarmissaal zal moeten worden aangepast. Ook bijbelvertalingen moeten worden herzien. Zo wordt volgens kenners het neutrale mensen of broeders en zusters in plaats van broeders niet geaccepteerd, en ook zal het woord gave veranderd moeten worden in offer, de letterlijke maar misschien wat naargeestige vertaling van het Latijnse sacrificium. Ook alle geestelijke liederen moeten worden herzien aan de hand van de criteria van het Liturgiam Authenticam.
De Bossche bisschop mgr. A. Hurkmans verdedigt het beleid van het Vaticaan: ‘Uit contacten met mensen weet ik dat ze terugverlangen naar een mystieke, geheimnisvolle taal, die ruimte geeft om te denken, te bidden. Te gewone taal geeft die ruimte niet.’ Dominicaan, dichter en schrijver Henk Jongerius deelt die mening niet. ‘De liturgie moet in de volkstaal’, vindt hij. ‘Ik vraag me af of de Nederlandse bisschoppen zich sterk gaan maken voor die liederen of dat het van die slapjanussen zijn die zeggen: “Het mag nou eenmaal niet van de paus.”’
Ook E. de Jong, secretaris van de Nationale Raad voor Liturgie, staat sceptisch tegenover de pauselijke instructie. Die is volgens hem voor Nederland ‘rigoureus’. De Jong vreest bijvoorbeeld dat de teksten van de populaire dichter Huub Oosterhuis gevaar lopen. Oosterhuis zelf denkt dat het niet zo'n vaart zal lopen. Volgens hem zal niemand zich ‘een donder’ aantrekken van de decreten: ‘Het is een belachelijk verouderd, bijna sektarisch standpunt dat Rome inneemt.’
Bronnen: De Telegraaf, 28-5-2001; de Volkskrant, 29-5-2001; Brabants Dagblad, 30-5-2001; de Gelderlander, 5-6-2001