Onnodig buitenlands
Dr. M.C. Tideman - Huis ter Heide
Het volledig vermijden van woorden uit met name het Engels en Frans is onmogelijk. Maar we moeten niet te snel vreemde woorden gebruiken die gemakkelijk te vermijden zijn, zeker als ze on-Nederlands worden geschreven (annonce, ansichtkaart, à bout portant, branche, calèche, canaille, (r)entrée, race, recycling, reparateur, trouvaille). Als 12-jarig jochie schreef ik in ons gymnasiastenblad ‘Ik ben niet zo'n fanatieke taalzuiveraar die “de vernufteling met een genotstokje tussen de lippen in de hijskamer laat stappen”: dat mag best ingenieur, sigaret en lift zijn. Maar ik zie niet in waarom ik m'n vriendje moet gaan feliciteren met een cadeau in plaats van gaan gelukwensen met een pakje.’ Nu, 58 jaar later, praat ik nog steeds over een ingenieur, maar ook over een vernuftig plan (en niet ingenieus).
Ik doel hier vooral op buitenlandse woorden die in hun oorspronkelijke schrijfwijze worden gebruikt, zoals affiche, aimable, ambitieus, amusant, an sich, barrière, blamage, bottleneck, camouflage, commitment, complementair, desastreus, domicile. En zo heb ik nog 217 woorden verzameld die we in het Nederlands kunnen missen.
Een tweede groep vormen de vernederlandste buitenlandse woorden. Een greep hieruit: aberratie, abstinentie, accepteren, affiniteit, assisteren, begeesterd, brouilleren, cancelen, civilisatie, converteren, detentie, deviatie, dirigeren.
Als buitenlandse woorden Nederlandse woorden verdringen, verliezen wij dan onze culturele identiteit of verrijken die woorden juist onze taal? Dat laatste kán het geval zijn: een taal is levend en neemt woorden over uit andere talen. Inderdaad, maar dan alleen als een goed gelijkwaardig Nederlands woord ontbreekt, zoals voor ingenieur, fly-over, sigaret, televisie, telefoon.
In de sport worden overtredingen - als de scheidsrechter ze opmerkt - bestraft; waarom dan niet in onze taal?