Omkeergezegden
O. Akkerman - Drachten
Toen ik vier jaar geleden in de VUT ging, heb ik acht ‘taalprojecten’ op stapel gezet. Om ze uit elkaar te houden heb ik voor elk een naam bedacht. Eén van deze projecten is een verzameling die ik omkeergezegden heb genoemd. Je kunt namelijk de bepalingen van een gezegde omdraaien zonder dat er essentieel iets verandert.
Hier volgen enige voorbeelden:
- | boe noch ba zeggen. |
- | over koetjes en kalfjes praten. |
- | dood en verderf zaaien. |
- | met vlag en wimpel winnen. |
- | kind noch kraai hebben. |
Wel zal er zo nu en dan een Anglicisme ontstaan:
- | jong en oud - oud en jong = old and young. |
- | klein en groot - groot en klein = great and small. |
- | koffie en thee - thee en koffie = tea and coffee. |
- | dag en nacht - nacht en dag = night and day. |
Ik heb zo'n 350 omkeergezegden verzameld binnen het Nederlands taalgebied. Daar zijn ongeveer 300 en gezegden bij.
Wat ik met deze verzameling beoog? Wel, ik wil graag weten hoeveel omkeergezegden een taal heeft. Wanneer zijn ze omgekeerd vergeleken met een andere taal?
- | Pijl en boog. Eng.: bow and arrow. |
- | Stoffer en blik. Eng.: dustpan and brush. |
Wanneer wijken ze af in vergelijking met een andere taal?
- | kind noch kraai. Eng.: chick nor child. |
- | natje en droogje. Eng.: meat and drink. |
Wellicht kunnen de lezers van Onze Taal mij andere voorbeelden aan de hand doen.