Brabbeltaal.
Een onzer leden zendt ons een exemplaar van een zich noemend ‘Duitsch-Nederlandsch’ Exportblad voor Nederland en Koloniën en vestigt onze aandacht op de ‘erbarmelijke’ taal waarin dat is geschreven. Het blad, zegt hij, heeft een vertegenwoordiger in Nederland; behoort die vertegenwoordiger er dan niet voor te zorgen, dat zijn voor Nederland bestemd blad ook in het Nederlandsch wordt geschreven. Door zulke lectuur staan wij voortdurend bloot aan het gevaar van besmetting; niet dat wij alle absurditeiten zullen overnemen, die er in voorkomen, maar hier en daar krijgt een verkeerd woord toch al weer een kans.
Wij hebben er eens in gebladerd en wij moeten erkennen dat zulk Nederlandsch maar liever ongeschreven moest blijven. Wij vinden: Kruidekaas, Sigare-kleefstof voor handbedrijf, Pompfabrieken en Wattefabrieken. Lepels in kunsthoorn, Basker Mutsen en Kappen, Hoedlint voor Dames, Boterdeelmachines in precieze uitvoering, Milde eiken blokwaren, Aanblazers, Geweefde etiketten, Glasradeerplaten voor fijnste gravures van waardepapieren, Stompen wollen hoeden, Lichtkronen van sterke reestangen en Gepolijste granietarbeiden. Knoopen van steennoot, Huidlijm voor alle doeleinden, Presspaan voor schoen- en mutsfabricatie, Harmonica's met bijzondere tastatuur, Kurkringen voor kruidebespatters, Stok- en winkelthermometers, benevens Zinksmidsen (Gesenkschmieden).
En natuurlijk ontbreken niet: Buisbuigmachines en Bunsenbranders, goudsaponeerde schroefcapsules, China- en Japanwaren, Handhefboom-stampwerktuigen, Rondmesmachines, Kogeloliërs en Rolbandmaten, Krasslijpbandfabrieken, Drievoetloepen en Vruchtpoetsmachines, Potloodaanpuntapparaten en Suikerwarenfabriek-inrichtingen.
Maar gelukkig vinden wij ook onder de advertenties: Taalleerboeken en Gesprekboeken voor Hollanders. En dat geeft weer hoop!