Leiding. Mei. De redaktie schrijft een In memoriam Aart van der Leeuw. - Albert Verwey vervolgt zijn studie over Ritme en Metrum. - In een opstel Dietschers en Friezen betogen een drietal schrijvers (J.H.H. Hülsmann, W. Goedhuys en H.G.W. van der Wielen) dat de Friese taal als zelfstandige taal erkend dient te worden en waarom zij voor Friesland ‘culturele autonomie’ verlangen. - P.N. van Eyck bespreekt de litteraire Herinneringen uit den Nieuwe-Gids-Tijd van F. van der Goes.
Den Gulden Winckel. Mei. Theun de Vries schrijft een In Memoriam Aart van der Leeuw. - G.H. 's Gravesande publiceert Een onderhoud met Helman. - Roel Houwink beoordeelt De Biecht van Marianne Philips.
Junie. H. van Loon brengt Een hulde aan den ‘kleinen korporaal’, d.i. Johan de Meester. - J.C. Bloem beoordeelt onder het opschrift Vermoeide Dichters een aantal bundels, van Albert Kuyle, G. Achterberg, Chr. de Graaf, Gabriël Smit, Jan H. Eekhout en Marnix van Gavere. - Roel Houwink noemt de jonge Vlaamse romanschrijvers Lode Zielens en Gerard Walschap ‘twee veelbelovende talenten.’
Stemmen des tijds. Mei. C. Tazelaar geeft een zeer beknopte Beredeneerde boekbespreking.
Junie. P.J. Molenaar schrijft over Aart van der Leeuw; C. Tazelaar over Johan de Meester, wiens ‘pessimisme en realisme in tegenstelling staat met de christelijke levensbeschouwing.’
Roeping. Mei. Anton van Duinkerken besluit zijn artikel over Jan Vos. De ware aard van deze gewoonlik grove dichternatuur noemt hij ‘een raadsel, dat moeilijker valt op te lossen dan het raadsel van zijn roem.’
Junie. Th. de Jager beoordeelt De studie van het Nederlands, het proefschrift van H. de Buck. - Gerard Knuvelder bespreekt, onder het opschrift De laatste buslichting, verzen van Gabriel Smit, Jan H. Eekhout, A.J.D. van Oosten en Martien Beversluis.
Opwaartsche Wegen. Mei. Roel Houwink beoordeelt de bundel Voorspel van Gabriel Smit, onder het opschrift In het labyrinth der moderne poëzie. - C. Rijnsdorp publiceert een lezing: Het standpunt van de schrijver.
Junie-Julie. Deze afl. bevat een drietal voordrachten: Kunst en religie, door Roel Houwink; Kunst en verantwoordelijkheid, door H. van der Leek, en Kunst en gemeenschap, door J.C. van Dijk.