De Vraagbaak. Almanak voor Suriname 1925

[p. 95]

Veel gebruikte Latijnsche zinnetjes:

Ab Jove principium - beginnen bij Jupiter (het voornaamste).

Absit Omen - moge het geen slecht voorteeken zijn.

Ab urbe condita - van de stichting der stad (Rome).

Acta est fabula - uit is het stuk.

Ad calendas Graecas - op den griekschen kalender (d.i. nooit).

Ad Majorem Gloriam Dei - tot meerdere eere Gods.

Ad perpetuam rei memoriam - ter eeuwiger nagedachtenis.

Alea jecta est - de teerling is geworpen.

Ars longa vita brevis - de kunst is lang, het leven kort.

Audiatur et altera pars } hoor ook de andere partij.

Audite et alteram partem } hoor ook de andere partij.

Aut Caesar aut nihil - alles of niets.

Aut vincere aut mori - overwinnen of sterven.

Ave Caesar, morituri te salutant - gegroet Caesar, zij die sterven, groeten u.

Beate possidentes - zalig zijn de bezitters.

Cedant arma togae - de wapens wijken voor de toga.

Cogito ergo sum - ik denk, dus besta ik.

Come prima, come sopra - in het voorgaande tempo.

Consumatum est - het is volbracht

Contra vim non valet jus - macht gaat boven recht.

Cosi fan tutte - zoo doen ze allen.

De gustibus non est disputandum - over den smaak valt niet te twisten.

De mortuis nil nisi bene - van de dooden niets dan goed.

Deo gratias - Gode zij dank.

Deo volente - als God het wil.

Dictum factum - zoo gezegd, zoo gedaan.

Dura lex, sed lex - de wet is hard, maar 't is de wet.

E pur si muove - en tòch draait zij (woorden van Galileï).

Et tu, Brute - Ook gij, Brutus.

Exempla sunt odiosa - voorbeelden zijn hatelijk (noem geen namen).

Ex est - het is uit.

Ex nihilo nihil - van niets komt niets.

Ex ungue leonem - aan den klauw kent men den leeuw.

Fortes fortuna (adjuvat) - het geluk helpt de sterken; wie waagt die wint.

[p. 96]

Fortiter in re, suaviter in modo - krachtig in het handelen, zacht in het optreden.

Habent sua fata libelli - de boeken hebben hun lotgevallen.

Heureka - ik heb het gevonden.

Hodie mihi cras tibi - heden aan mij, morgen aan u.

Homo sum et nihil humani a me alienum puto - ik ben een mensen en meen dat niets menschelijks mij vreemd is.

Horribile dictu - verschrikkelijk om te zeggen.

Horribile visu - verschrikkelijk om te zien.

Incredibile dictu - dat klinkt ongeloofelijk.

In hoc signo vincis - in dit teeken zult gij sterven.

In vino veritas - in den wijn ligt de waarheid.

Ita est - zoo is het.

Ite, missa est - gaat henen, de mis is uit.

Jacta est alea - de teerling is geworpen.

Kyrie eleison - Heer ontferm U.

Laborare est orare - werken is bidden.

Luctor et emergo - ik worstel en kom boven.

Mea culpa - mijn schuld.

Mea gratia - om mijnentwil.

Mens sana in corpore sano - een gezonde ziel in een gezond lichaam.

Mirabile dictu - wonderlijk om te zeggen.

Mirabile visu - wonderlijk om te zien.

Moriture te salutant - zij die gaan sterven groeten u.

Multa paucis - veel in weinig (woorden).

Multatuli - ik heb veel gedragen.

Multum in parvo - veel in het kleine.

Multum, non multa - veel, niet velerlei.

Mundus vult decipi (ergo decipiatur) - de wereld wil bedrogen worden (derhalve worde zij bedrogen).

Natura artis magistra - de natuur is de leermeesteres der Kunst.

Nil admirari - niets bewonderen.

Nil desperandum - wanhoop nooit.

Noli me tangere - kruidje roer mij niet.

Nomen est omen - de naam is een voorteeken.

Nomina sunt odiosa - namen zijn hatelijk (men moet geen namen noemen).

Non possumus - wij kunnen niet.

Nosce te ipsum - ken uzelven.

Ora et labora - bid en werk.

Ora pro nobis - bid voor ons.

O tempora, o mores - o tijden, o zeden.

Per aspera ad astra - na lijden komt verblijden.

Premissis premittendis - met vooropstelling van wat voorop gesteld moet worden.

[p. 97]

Quod erat demonstrandum - wat te bewijzen was.

Quod vult Deus - wat God wil.

Quos ego... - wacht, ik zal u...

Quousque tandem? - hoelang nog?

Quo Vadis? - waar gaat ge heen?

Sapienti sat - voor den wijze genoeg.

Si non è vero è bene trovato - als 't niet waar is, is 't goed bedacht.

Sic transit gloria mundi - zoo gaat de heerlijkheid der wereld voorbij.

Sine die - zonder dat de dag bepaald is.

Sine dubio - zonder twijfel.

Si vis pacem, para bellum - zoo gij den vrede wilt, bereid u ten oorlog.

Soli Deo gloria - Gode alleen zij de eer.

Summum jus summa injuria - het hoogste recht is vaak het grootste onrecht, d.i. overmaat van rechtvaardigheid is het hoogste onrecht.

Sursum corda - harten omhoog.

Te Deum laudamus - U, o God, loven wij.

Tempora mutantur, nos et mutamur in illis - de tijden veranderen onophoudelijk en wij met hen.

Vade retro, Satana - ga weg van mij, Satan.

Vanitas vanitatem - ijdelheid der ijdelheden.

Vedi Napoli e poi mori - zie Napels en sterf dan.

Veni, vidi, vici - ik kwam, ik zag, ik overwon.

Verba non sunt verbera - woorden zijn geen klappen.

Verba volant scripta manent - woorden vliegen heen, wat geschreven is blijft.

Virtus nobilitat - deugd adelt.

Viva, vivat, vive! - hij of zij leve!

Vixi - ik heb geleefd.

Vixit - hij heeft geleefd (d.i. hij is overleden).