| |
| |
| |
Instellingen voor Zeevaartkundig Onderwijs in Nederland
Het Vaderlandsch Fonds ter aanmoediging van 's Lands zeedienst,
opgericht in 1781.
Kweekschool voor de zeevaart te Amsterdam.
DOEL. Het doel der instelling is, jongelieden op te leiden tot stuurlieden en gezagvoerders voor de Zeil- en Stoomvaart der Nederlandsche Koopvaardij.
Ingevolge overeenkomst met den Minister van Koloniën stelt zij zich tevens beschikbaar voor de opleiding van Stuurlieden bij de Gouvernements-Marine in Nederlandsch-Indië, op zoodanige voorwaarden als door den Minister van Koloniën in de Nederlandsche Staatscourant zullen worden bepaald.
TOELATING. De inschrijving van Adspiranten geschiedt jaarlijks te Amsterdam in de Kweekschool op den eersten Donderdag in Mei, of op den eersten Dinsdag, wanneer de eerste Donderdag een feestdag is.
Bij voorkomende gelegenheid tot kostelooze plaatsing van een of meer Adspiranten, zal zulks bij de advertentie worden bekend gemaakt. Zij die eenmaal kostelooze plaatsing hebben aangevraagd kunnen zelfs indien ze overigens aan de voorwaarden van het examen mochten voldoen, niet meer tegen betaling worden geplaatst. Om voor plaatsing op de school in aanmerking te kunnen komen, moet de Adspirant:
a. | Nederlander zijn, overeenkomstig de bepalingen der wet; |
b. | op den 1n Januari van het examenjaar 13 of 14 jaar oud zijn. (N.B. Van deze bepaling wordt, zelfs bij verschil van één enkelen dag, nooit afgeweken). |
c. | genees- en oogheelkundig door de geneesheeren van de kweekschool goedgekeurd zijn, en zonder schoenen een lengte hebben van minstens 143 centimeter. |
d. | met goed gevolg, of tweemaal zonder uitslag, gevaccineerd zijn, of de pokziekte hebben doorstaan. |
e. | aan de eischen van het toelatingsexamen voldoen. |
f. | een goed gedrag-rapport van het hoofd zijner school kunnen overleggen. |
De ingeschreven Aspiranten worden opgeroepen tot een examen, dat in de maand Juni wordt afgenomen.
Het toelatingsexamen omvat: vaardigheid in het lezen; het schrijven van eene goede, leesbare hand.
Nederl. taal. Eenvoudige taal- en rekenkundige ontleding.
Fransche taal. De beginselen, met inbegrip der meest voorkomende onregelmatige werkwoorden en eenige bedrevenheid in het verstaan der taal. enz.
Engelsche taal. De eerste beginselen, blijkende uit
| |
| |
het lezen en vertalen van een eenvoudig stukje uit het Engelsch. Kennis van de beginselen der Spraakkunst.
Duitsche taal. De eerste beginselen der spraakkunst, meer bepaaldelijk van de zelfstandige naamwoorden, de lidwoorden en de zwakke werkwoorden. Bekendheid met de eenvoudigste woorden uit het dagelijksch leven, blijkende uit het lezen en vertalen van een eenvoudig stukje uit het Duitsch.
Geschiedenis. Kennis der Vaderl. en alg. Gesch. tot 1648.
Aardrijkskunde. Kennis der aardrijksk. van Nederland en zijne Overz. bezittingen; algem. overzicht van Europa en Azië.
Rekenkunde. Goed begrip van ons talstelsel, kennis van de hoofdbewerkingen met geheele getallen, tiendeelige en gewone breuken, van het metrieke stelsel. De evenredigheden en hare eigenschappen. De vierkantsworteltrekking.
Stelkunde. Hoofdregels met geheele en gebroken vormen, ontbinding in factoren; het vinden van den grootsten gemeenen deeler en van het kleinste gemeene veelvoud. Het oplossen van vergelijkingen van den eersten graad met één of meer onbekenden. Herleiding van wortels uit één termen.
Meetkunde. Lijnen en hoeken; gelijk en gelijkvormigheid der drie- en veelhoeken. Evenredigheid der lijnen. Gelijkvormigheid van drie- en veelhoeken. Oppervlakken van rechtlijnige flguren. Berekening van enkele merkwaardige lijnen in den driehoek (b.v. de hoogtelijn en de gevaartelijn).
In de maand Augustus worden de Adspiranten, die aan de gestelde eischen hebben beantwoord, in de kweekschool opgenomen. Jongelingen, tot de kweekschool toegelaten, worden voor rekening van het Fonds van de noodige onder- en bovenkleeding voorzien. Voor boeken, teekengereedschappen, kisten. wordt bij de intrede in de school f 75. betaald. Alles wat hiervoor door de jongelieden ontvangen wordt, blijft hun eigendom.
Tot tegemoetkoming voor verpleging wordt een kostgeld van f 200. - per jaar betaald.
OPLEIDING. Het onderwijs bestaat in een driejar. curcus, bevattende: Reken-, Stel- en Meetk., Stereometrie, Goniometr. Vlakke en boldriehoeksmeting, Theor. Zeevaartk., Sterrek., Meteorologie, de beginselen der Natuurk., Werktuigk., en Electrotechnick, voor zoover deze bij de scheepvaart in toepassing zijn.
Kennis van de scheepsstoomwerktuigen. Samenstelling van het stalen schip. De geheele Practische Zeevaartkunde. Kennis der scheepvaart-wetten. Practische oefeningen aan boord van een instructievaartuig. Behandeling van schiemanswerk en zeilmaken. Het omgaan met roei- en zeilvaartuigen. Kennis der Nederl., Fr., Eng. en Hoogd. talen, der Aardrijksk. en Gesch. Hand- en rechtlijnig teekenen, Gymnastiek, Schermen, Wapenhandel, Zwemmen, Verbandleer en eerste hulp bij ongelukken.
Bij ziekte of ongeval wordt hun voor rekening van de school genees- en heelkundige hulp verstrekt.
| |
| |
Aan de Kweekschool is een kostelooze Herhalingschool verbonden. Zoolang deze in stand zal worden gehouden, kan aan oud-kweekelingen op hun daartoe te doen verzoek, worden toegestaan zich daar te bekwamen voor het examen van 2e en 1e stuurman.
| |
De Kon. Ned. Zeil- en Roeivereeniging te Amsterdam.
Matrozen-instituut
Opgericht 16 April 1849.
DOEL. Deze inrichting stelt zich ten doel om jongelieden op te leiden en te bekwamen tot zeevarenden en den lust daartoe zooveel mogelijk aan te moedigen.
TOELATING. De aanneming geschiedt, onder goedkeuring van Commissarissen, door den Kommandeur, aan wien het beheer en bestier der opleiding is opgedragen.
De jonge lieden moeten, om op het Instituut te worden opgenomen:
a. | Nederlander zijn; |
b. | den onderdom hebben van 13 tot 16 jaren, jongelieden ouder dan 16 jaren kunnen. met bijzondere toestemming van Commissarissen, worden toegelaten. |
c. | eene lengtemaat hebben van minstens 140 centimeters tot den 15jarigen leeftijd en 145 centimeters tot den 16jarigen leeftijd; |
d. | van een gezond lichaamsgestel en zonder hinderlijk gebrek zijn, voldoende gezichtsscherpte bezitten, niet lijdende zijn aan kleurenblindheid en eene verklaring van een geneesheer overleggen ten bewijze dat zij gevaccineerd zijn of de pokziekte hebben doorstaan. |
Ouders of voogden moeten bij de opname een som storten van f 20. - voor eerste kosten voor uitrusting.
OPLEIDING. Ten behoeve der Instelling ligt te Amsterdam een geschikte vaartuig, aan boord waarvan de jongelieden, onder toezicht van Commissarissen, worden gehuisvest en opgeleid.
De kweekelingen worden, alvorens naar zee te gaan, op het Instituut onderwezen in al hetgeen zij voor hunne volgende loopbaan hebben te kennen. Het onderwijs aan boord van het opleidingschip zal zich bepalen tot:
Scheepswerk in het algemeen; in booten roeien, zeilen en sturen, het schiemanswerk, het looden, de kennis van de verdeeling van het kompas, het aanslaan en de kennis der seinvlaggen, het zeilnaaien, de behandeling der onderscheidene deelen van het tuig en der zeilen en verder al hetgeen noodig wordt geoordeeld ter bekwaming en de richting voor den
| |
| |
kweekeling aangewezen, Ook wordt onderwijs gegeven in lezen, schrijven, rekenen, de Nederlandsche taal; zwemmen gymnastiek en wordt de gelegenheid verschaft tot het bij wonen van godsdienstig onderwijs in de leer van het kerkgenootschap, waartoe zij behooren.
Ingeval van ziekte genieten de kweekelingen geneeskundige verpleging voor rekening van het Institnut, verplegingskosten voor ziekten of kwestsuren door eigen schuld ontstaan komen op rekening van den kweekeling.
| |
Vereeniging kweekschool voor machinisten te Amsterdam:
Afdeeling ‘Opleiding tot Scheepsmachinist’.
DOEL. De afdeeling ‘Scheepsmachinisten’ is bestemd voor jongelieden, die tot scheepsmachinist wenschen opgeleid te worden.
Er zijn uitsluitend externe leerlingen.
TOELATING. Zij, die aan de curcus wenschen deel te nemen, moeten den leeftijd van 15 jaar bereikt hebben en bij een toelatingsexamen het bewijs geven, dat zij voldoend lager onderwijs hebben genoten.
De eischen tot toelating zijn:
a. | goed lezen en schrijven. |
b. | Nederlandsche taal. De hoofdregels der Spraakkunst enz. |
c. | Rekenen, De hoofdbewerkingen met geheele en gebroken getallen, enz. |
Zij, die met goed gevolg den cursus eener ambachtschool volgden of in het smidsambacht werkzaam zijn, worden bij voorkeur geplaatst.
De aanvragen tot het toelatingsexamen moeten in Juni of December aan den Directeur ingezonden zijn.
Om aan dat examen deel te nemen moet worden overgelegd:
1o. | een geboortebewijs |
2o. | eene geneeskundige verklaring. dat de adspirant niet aan bijziendheid, doofheid of hardhoorigheid lijdende is; |
3o. | nauwkeurige opgave van woonplaats en beroep van ouders of voogden. |
Het schoolgeld is bepaald of f 4. - per maand bij vooruitbetaling te voldoen.
OPLEIDING. De cursus duurt één jaar en begint in Februari en in September, In dien tijd kunnen de leerlingen die goed lager onderwijs hebben genoten, voldoende ontwikkeld worden om later aan de gestelde theoretische eischen voor de de Staatsexamens diploma A en B te kunnen voldoen
Voor de practische ontwikkeling is de tijd van een jaar onvoldoende, maar in de werkplaats der school worden de gron- | |
| |
den gelegd, waarop in eene werkplaats waar machines vervaardigd of hersteld worden, moet worden voortgegaan, totdat zij het smidsambacht verstaan, voor zoover de machinist dit behoeft.
Het onderwijs bestaat uit:
Rekenen tot en met vierkants en 3e machtsworteltrekken en logarithmen.
Algebra tot en met vergelijkingen met één en twee onbekenden, ontbinding in factoren, wortelgrootheden en vierkantsvergelijkingen.
Planimetrie tot en met de cirkel. Berekenen van opperpervlakken en inhouden van lichamen.
Natuurkunde. Evenwicht en beweging van vloeistoffen. Warmte, Magnetisme en Electriciteit.
Werktuigkunde tot en met samengestelde werktuigen, beweging der lichamen, wrijving.
Stoomwerktuigkunde. Samenstelling van den ketelromp, soorten van stoomketels, cilinders, stoomschuiven, condensors, overbrenging van beweging van den zuiger op de as, pompen, brandstoffen en verbranding, smeermiddelen, compoundmachines.
Nederlandsche Taal: Taaloefeningen.
Engelsche Taal: lezen, vertalen, spraakkunst.
Handteekenen: Schetsen van eenvoudige modellen.
Lijnteekenen: Technische oefeningen, het opmeten en in teekening brengen van machinedeelen.
Praktijk. Smeden, bankwerken en draaien.
DIPLOMA. Na 2 jaar in de praktijk geweest te zijn, kunnen zij toegelaten worden tot een diploma-examen.
Bij dit examen moet blijken, dat zij het vroeger geleerde niet vergeten zijn en ook praktisch voldoende ontwikkeld zijn, om machinist te kunnen worden.
| |
Zeevaartschool in het zeemanshuis te Amsterdam.
A. De tweej arige curcus.
DOEL. Aan het Zeemashuis is, onder toezicht van het Bestuur dier inrichting verbonden, eene school tot opleiding van jongelieden tot stuurman ter koopvaardij. Deze draagt den naam van ‘Zeevaartschool’. Aan het hoofd daarvan staat een Directeur,
TOELATING. De voorwaarden tot toelating tot de examens zijn:
a. Het afleggen van een examen. omvattende:
Rekenkunde. Hoofdbewerkingen met geheele getallen, gewone en tiendeelige breuken, eenige kennis van deelbaarheid, Metrieke stelsel, Evenredigheden.
| |
| |
Algebra. Hoofdbewerkingen met geheele vormen. Goed begrip van positieven en negatieven toestand. Merkwaardige producten van veeltermen. Eenvoudige vergelijkingen van den 1e graad met één onbekende.
Meetkunde. De beginselen tot en met de gelijk en gelijkvormigheid van driehoeken. Evenredigheid van lijnen.
Nederlandsche Taal. Voldoende kennis van de spelling en van de voornaamste taalregels, Goed lezen.
Fransche Taal. Beginselen der kennis van de Fransche taal.
Duitsche en Engelsche Taal. Beginselen der kennis dier talen.
Aardrijkskunde. De kennis van Nederland, algemeene topografische kennis van Europa en van Nederland's overzeesche bezittingen.
b. Een geboortebewijs waaruit blijkt, dat de leerling in het loopende jaar zijn 15e jaar minstens bereikt, doch zijn 18e nog niet intreedt.
c. Een bewijs van lichamelijke geschiktheid voor de betrekking van officier ter koopvaardij, afgegeven door een bevoegd geneesheer.
d. Een bewijs van inenting.
OPLEIDING. Het schoolgeld is bepaald op f 50. - 's jaars te voldoen in twee halfjaarlijksche termijnen, leerboeken en leermiddelen worden door den leerling zelf aangeschaft.
Leerlingen, die in het Zeemanshuis internaat wenschen, kunnen worden aangenomen à f 400. - 's jaars, bij vooruitbetaling in halfjaarlijksche termijnen te voldoen.
Het onderwijs der 2jarige curcus bestaat uit:
Rekenkunde: wortelvormen, leer der vergelijkingen van den 1e en 2e graad, leer der evenredigheden, leer der logarithmen.
Vlakke Meetkunde, Goniometrie, Vlakke driehoeksmeting, Steriometrie en Boldriehoeksmeting.
Aardrijkskunde: topografie, handelswezen, belangrijke havens.
Wiskundige aardrijkskunde. Inrichting en gebruik dor globe en zeekaarten. coördinaten van plaatsen en vaste hemellichamen.
Sterrekunde, de leer en de behandeling der instrumenten,
Beginselen der praktische Zeevaartkunde Theoretische zeevaartkunde en Meteorologie.
Praktische zeevaartkunde en Wetskennis.
| |
| |
Geschiedenis: Geschiedenis van Handel, Scheepvaart en Scheepsbouw.
Engelsche, Fransche en Duitsche talen.
Rechtlijnig teekenen. Het teekenen van machinedeelen naar gegeven maten.
Stoomwerktuigkunde. Inrichting van den stoomketel en van een scheepsstoommachine. Loop van den stoom door het werktuig. Verdamping en condensatie Stoomschuifbeweging.
Praktische oefeningen. Het knoopen, splitsen, roeien, enteren, zwemmen, los- en vastmaken van zeilen, op- en aftuigen, zeilmaken, seinen met seinvlaggen.
B. De Stuurlieden-klassen.
Aan de zeevaartschool bestaat gelegenheid voor Stuurlieden om zich te bekwamen voor het verkrijgen van een hoogeren graad; en tevens voor zeelieden, die van de reis komen, om zich voor een examen voor te bereiden.
Het onderwijs in de Stuurliedenklassen is ingericht op een cursus van 3 à 4 maanden.
Zeelieden en Stuurlieden betalen f 4. - schoolgeld per maand bij vooruitbetaling te voldoen.
In de Stuurliedenklassen wordt onderwijs gegeven in de navolgende vakken:
Wiskunde. Algebra, Meetkunde en Trigonometrie.
Wiskundige Aardrijkskunde en Sterrekunde.
Kennnis en gebruik van nautische en meteorologische Instrumenten.
Theoretische zeevaartkunde.
Praktische zeevaartkunde. Wetskennis,
Aardrijkskunde. Belangrijke havens.
Engelsche, Fransche en Duitsche talen.
Stoomwerktuigkunde.
In vorenstaande vakken wordt onderwijs gegeven zoover als kennis benoodigd is ter voldoening aan de Rijksexamens voor 3e, 2e en 1e Stuurman volgens programma A.
Tarief voor verblijf in het Zeemanshuis voor kapiteins, stuurlieden en machinisten is:
Bij langer verblijf dan 5 dagen per dag f 1.25
Bij korter verblijf dan 5 dagen per dag f 1.50.
De etensuren zijn:
voor Kapiteins. Stuurlieden en Machinisten
Ontbijt |
van 8 tot 9½ uur |
Koffiedrinken |
van 12 tot 1 uur |
Middagmaal |
van 4½ tot 6 uur |
Theedrinken |
van 6 tot 7 uur |
Avondeten |
van 8 tot 12 uur |
Een elk heeft zijn eigen kamer.
| |
| |
| |
Koninklijk instituut voor de marine te Willemsoord.
(Reglement in beproeving genomen bij K.B. 24 Febr. 1905 No. 11 gewijzigd bij K.B. dd. 13 Juli 1905 No. 58., vastgesteld en gewijzigd bij K.B. dd. 24 Januari 1906 No. 62).
DOEL. Het Koninklijk Instituut voor de Marine is bestemd tot opleiding van jongelieden tot zeeofficier.
Het is gevestigd te Willemsoord (gemeente Helder).
TOELATING. De mededinging naar eene plaatsing op het Koninklijk Instituut is thans opengesteld voor ieder jongeling, die Nederlander is en op 1 September van het jaar van toelating zijn 21e levensjaar nog niet is ingetreden en die een der navolgende diploma's kan overleggen:
a. het getuigschrift, vergezeld van den staat der behaalde cijfers in de verschillende vakken van voldoend afgelegd eindexamen der Hoogere Burgerschool met 5jarigen cursus. bedoeld in art. 57 der Wet op het M.O.:
b. het getuigschrift, vergezeld van den staat der behaalde cijfers in de verschillende vakken, van voldoend afgelegd examen A, bedoeld in Art. 59 van bovengemelde wet.
c. het getuigschrift van voldoend afgelegd examen B. bedoeld in art. 66 dier wet, of van voldoend afgelegd examen in het theoretisch gedeelte der eischen van examen B.
De aanmelding moet door vader, voogd of voogdes geschieden vóor of uiterlijk op 1 Juni per gezegeld verzoekschrift in te zenden aan den Minister van Marine.
Het geneeskundig onderzoek der adspiranten geschiedt op een der eerste dagen der maand Augustus.
OPLEIDING. De opleiding is eene driejarige en is deze nagenoeg uitsluitend eene vakopleiding.
Na de indiensttreding in het begin van September blijven de nieuwbenoemden ongeveer 3 weken aan het Kon. Inst. voor de Marine voor eene eerste militaire vorming. Begin October worden zij ingescheept tot het doen van eene oefeningsreis tot de tweede helft van December. Zij worden gedurende die reis geoefend in de behandeling der draagbare wapenen, het geschut, in het schermen, de gymnastiek, het roeien en zeilen met sloepen, het behandelen van stoomsloepen, het splitsen en knoopen, seinen enz.
Tijdens de duur der reis wordt den adelborsten een tafelgeld toegekend.
Na het Kerstverlof hetwelk in de eerste dagen van Januari eindigt, begint de theoretische cursus, welke dient gedeeltelijk tot aanvulling van het geleerde op de H.B.S., gedeeltelijk tot onderwijs in technische en maritieme vakken.
| |
| |
Het eerste studiejaar eindigt met een kruistocht in de Zuiderzee aan boord van het instructievaartuig ‘Urania’ gedurende de maand Juli.
In het tweede studiejaar duurt de theoretische cursus van begin September tot 1 Juni.
Gedurende de maanden Juni en Juli wordt in de Zuiderzee gevaren aan boord van de instructievaartuigen ‘Urania’ en ‘Ever’.
De theoretische cursus van het laatste studiejaar duurt van begin September tot half April.
Na het voldoend afgelegd eindexamen worden de adelborsten ingescheept en wordt eene buitenlandsche reis gemaakt.
Na afloop dier reis volgt gewoonlijk half September de bevordering tot adelborst 1e kl., waarmede de opneming in het korps zeeofficieren plaats heeft.
De vakken, waarin aan het Instituut onderwijs wordt gegeven, zijn:
Hoogere wiskunde, boldriehoeksmeting, analytische meetkunde;
Natuurkunde, Scheikunde, Mechanica, de drie vreemde talen, de geschiedenis van het Nederlandsche zeewezen, militair recht, algemeene beginselen van Strafrecht en Strafvordering en militaire paedagogie.
Artillerie, zeevaartkunde, torpedokennis, practische zeevaartkunde, Electrotechniek, Scheepsbouw, Stoomwerktuigkunde.
Zeetaktiek, Meteorologie en Oceanographie, versterkingskunde, internationaal zeerecht.
Rechtlijnig, werktuigkundig en hydrographisch teekenen, handteekenen.
Scheepsdienst en reglementen, verhandleer hygiène en zelfbehoud.
Verder practische oefeningen, als:
Gymnastiek, schermen, tuigenexcercitie, splitsen, knoopen, dansen en zwemmen.
Geschuts- en infanterie-exercitiën, schijfschieten, vuurwerken;
Hydrographisch opnemen en landmeten.
Roeien, omgaan en manoeuvreeren met stoom- en zeilsloepen.
Voor godsdienstonderwijs van elke richting bestaat in den Helder in den regel gelegenheid. Dit en het al of niet ter kerk gaan, wordt geheel overeenkomstig den wensch der ouders geregeld.
| |
| |
De adelborsten zijn militairen en dus onderworpen aan militaire wetten.
Bij indiensttreding wordt de verbintenis aangegaan on. van den datum der benoeming tot adelborst 1e kl (rang van 2e luitenant) af het Rijk nog 10 achtereenvolgende jaren bij de zeemacht te dienen.
Voor elk jaar van de opleiding doorgebracht wordt f 400 betaald, te voldoen in 4 termijnen.
Het totaal der bijkomende extra uitgaven gedurende den geheelen Instituutstijd kan op ± f 300 worden gesteld zoodat de kosten der geheele opleiding bedragen rond f 1500.
| |
Zeevaartschool te Helder.
DOEL. De Zeevaartschool heeft ten doel, jongelieden voor te bereiden voor de examens ter verkrijging van een diploma als Stuurman aan boord van koopvaardijschepen, volgens het K.B. van 30 Januari 1904 S.B. No. 20.
Zij bestaat uit twee afdeelingen:
a. een vasten tweejarigen curcus.
b. een Stuurliedenafdeeling.
Tweejarige cursus.
TOELATING. Om tot die school te worden toegelaten moeten de ouders of voogden den leerling bij den Directeur doen inschrijven en moet worden voldaan aan de navolgende eischen:
1o. overlegging van een bewijs dat de candidaat op den 1e Sept. van het jaar van toelating den leeftijd van 14 jaren reeds, doch dien van 17 jaren nog niet bereikt heeft.
2o. een schriftelijk bewijs van een geneeskundige, dat hij met goed gevolg de inenting der koepokken heeft ondergaan.
3o. een schriftelijke verklaring van een geneeskundige, dat hij een goed gestel heeft en gezichtscherpte en gehoor, alles nader omschreven bij het K.B. van 30 Januari 1904 S.B. No. 20.
4o. voldoen aan het toelatings examen omvattende;
a. Nederlandsche Taal. Het schrijven van een goed leesbare hand, vaardigheid in het lezen. Voornaamste regels der Spraakkunst.
b. Rekenkunde. De hoofdbewerkingen met geheele getallen, gewone en tiendeelige breuken, het zoeken van den G.G.D. en K.G.V. Grondige kennis van het Metrieke Stelsel van maten en gewichten.
c. Meetkunde. Lijnen, hoeken, evenwijdige lijnen, een- | |
| |
voudige eigenschappen van driehoeken en hun gelijk en gelijkvormigheid.
d. Algebra. Hoofdbewerking toegepast op geheele vormen.
e. Aardrijkskunde. Kennis van de aardrijkskunde van Nederland.
Eenige kennis van Engelsche of Hoogduitsche taal strekt tot aanbeveling.
OPLEIDING. De cursus vangt aan op den eersten Dinsdag in September.
Aan de school wordt onderwijs gegeven in de volgende vakken:
Rekenkunde. Algebra, Meetkunde, Gonio- en Trigonometrie, Stereometrie, Werktuigkunde en Stoomwerktuigkunde, Natuurkunde, Meteorologie, Cosmographie, Theoretische en practische zeevaartkunde. Instrumenten. Scheepsbouw, Wettelijke bepalingen, Aardrijkskunde Nederlandsche, Engelsche en Hoogduitsche taal.
Het schoolgeld bedraagt f 2. - per maand.
De leerlingen zijn verplicht zich de op het programma der lessen vermelde boeken en schrijfbehoeften voor eigen rekening aan te schaffen.
DIPLOMA. Aan leerlingen, die met goed gevolg het eindexamen hebbenafgelegd wordt namens Burgemeester en Wethouders op voordracht van de Commissie van Toezicht een diploma uitgereikt.
Stuurliedenafdeeling.
TOELATING. Voor de toelating tot de Stuurliedenafdeeling wordt gevorderd:
a. het schrijven van een goed leesbarehand;
b. kennis van de gronden der Nederlandsche taal;
c. kennis van aardrijkskunde;
d. vlug rekenen met geheele en tiendeelige breuken;
e. het metrieke stelsel.
Zij vervoegen zich daartoe bij den Directeur onder overlegging van een verklaring bedoeld en nader omschreven bij het K.B. van 30 Januari 1904 S.B. No. 20.
OPLEIDING. Het onderwijs wordt gegeven in dezelfde vakken als voor den tweejarigen cursus.
Het schoolgeld bedraagt f 4 per maand en voor zeemiliciens f 2 per maand.
| |
| |
De leerlingen voor de Stuurliedenafdeeling kunnen elken maand worden toegelaten.
| |
Zeevaartschool Delfzijl.
Opleiding van Stuurlieden ter Koopvaardij.
DOEL. De school opgericht in 1856, had in de eerste plaats ten doel het geven van onderwijs in wis- en zeevaartkunde; het onderwijs in wiskunde. voorafgaande aan dat in zeevaartkunde, als voorbereidende cursus. Daarnaast werd in 1890 opgericht de ‘tweejarige cursus’, aansluitende bij het tweede leerjaar van de Hoogere Burgerschool. Deze tweejarige cursus is sedert 1903 in aansluiting gebracht met het U.L.O., terwijl de zeevaartkunde overgebracht is naar de Stuurliedenafdeeling.
De ‘tweejarige cursus’ beoogt het leggen van een grondslag, waarop later bij het onderwijs in de Stuurmanskunst kan worden voortgebouwd.
De ‘Stuurliedenafdeeling’ omvat het eigenlijke vakonderwijs en wordt alleen gegeven aan jongelieden, die reeds gevaren hebben.
De ‘Voorbereidende cursus’ is eenigermate te beschouwen als een onderdeel van de ‘Stuurliedenafdeeling’.
Nog wordt de Stuurliedenafdeeling gesplitst in twee afdeelingen;
I. | een afdeeling voor derde stuurman en stuurman kleine vaart en |
II. | een afdeeling voor tweede en eerste stuurman groote vaart. |
TOELATING. Tweejarige curcus.
Men geeft zich bij den Directeur op om deel te nemen aan het toelatingsexamen. dat in Juli of September te Delfzijl wordt algenomen.
De eischen van dit examen komen overeen met die voor de laagste klasse der Hoogere Burgerschool.
Voorbereidende curcus.
Deze heeft 2 klassen; de eerste bestemd tot voorbereiding stuurman kleine vaart; de beide klassen voor derde stuurman groote vaart.
Om toegelaten te worden moet den leeftijd van 16 jaren bereikt zijn, minstens 12 maanden ter koopvaardij gevaren en goed lager onderwijs genoten hebben.
De cursus vangt aan begin September, half November, half Februari en begin Mei.
| |
| |
Stuurlieden-afdeeling I.
De toelating geschiedt begin September, half November, half Februari, begin Mei mits men voldoende voorbereidend onderwijs heeft genoten; genoeg vaartijd heeft en den leeftijd om na afloop der cursus-examen te kunnen doen.
Stuurlieden-afdeeling II.
Wie met goed gevolg een cursus voor derden stuurman doorloopen en voldoenden vaartijd heeft, kan ten allen tijde tot dezen cursus worden toegelaten.
N.B. Voor de toelating voor welke opleiding ook wordt steeds geeischt overlegging van vaccinebewijs en zoo noodig geboortebewijs een bewijs van vaartijd,
OPLEIDING. Tweejarige cursus.
Onderwijs wordt gegeven in:
Reken-, Stel- en Meetkunde. Wiskundige Aardrijkskunde, Natuur- en Werktuigkunde. Practische Zeevaartkunde en oefeningen, Nederlandsche, Fransche, Duitsche, Engelsche taal.
Aardrijkskunde. Gymnastiek.
Het schoolgeld bedraagt f 24. - per jaar per kwartaal te voldoen.
De boeken moeten door de leerlingen zelve aangeschaft worden.
Voorbereidende cursus.
Het voorbereidend onderwijs wijzigt zich naar de bestemming der leerlingen. Van talen worden alleen in het Nederlandsch en Engelsch les gegeven en verder het onderwijs beperkt tot het strikt noodzakelijke, doch zonder uit het oog te veriiezen, dat op dezen grondslag het onderwijs in stuurmanskunst moet worden opgebouwd.
Het schoolgeld bedraagt f 2. - per maand te voldoen per halve maand.
Stuurlieden-cursus.
De omvang van het onderwijs wordt uitteraard beperkt door de eischen der praktijk, zooals deze worden uitgedrukt in de examenprogramma's.
Het schoolgeld bedraagt f 4. - per maand te voldoen per halve maand.
| |
| |
| |
Vereeniging tot instandhouding en bevordering van den bloei der ‘Kweekschool voor zeevaart’ te Leiden.
(Opgericht 1 Januari 1856; goedgek; bij K.B. 19 Juni 1902 No. 77).
DOEL. De vereeniging opgericht onder bescherming van Z.M. Koning Willem III waarvan thans beschermvrouw is H.M. Koningin Wilhelmina, heeft ten doel om jongens, die lust in het zeemansleven hebben, eene eervolle en voordeelige betrekking te bezorgen door hun de eerste opleiding te geven tot matrozen bij 's Rijks zeemacht.
TOELATING. Om dienst te nemen bij 's Rijks zeemacht moeten de jongens jonger dan 16 jaar zich aanmelden aan het gebouw van de kweekschool voor zeevaart te Leiden.
Zij moeten overleggen:
1o. | een extract uit het geboorte register; |
2o. | een bewijs van goed gedrag; |
3o. | een schriftelijke toestemming van ouders of voogden of van de bevoegde autoriteit; |
4o. | Bevolkingskaart en indien zij ingeënt zijn geweest, een vaccinebewijs; |
5o. | een bewijs van Nederlanderschap. |
De eischen om toegelaten te worden zijn:
a. | Lichamelijke geschiktheid; |
b. | Leeftijd van 13½ tot 16 jaar; |
c. | Voorgeschreven lengtemaat; |
d. | Lezen en een weinig schrijven en rekenen. |
VERBINTENIS EN OPLEIDING. Wanneer een jongen aan de eischen van toelating voldoet, wordt hij in de gelegenheid gesteld om eene verbintenis bij 's Rijks zeemacht aan te gaan.
Die verbintenis is voor den tijd van 11 jaren, ingaande met zijn 17e levensjaar.
* Van af het oogenblik van indiensttreding ontvangen de jongens behalve vrije voeding en logies een maandelijksche soldij van f 8. -.
Gemiddeld blijven de jongens zes maanden op voornoemde inrichting en ontvangen daar onderwijs in lezen, schrijven, rekenen, Ned. Taal, Geschiedenis, en Aardrijkskunde. Gymnastiek, roeien, zwemmen en zingen, kennis der Ned. maten gewichten en munten.
Tuigkennis en infanterie-exercitiëen en verder in de beginselen van die vakken, welke van een goed matroos vereischt worden.
| |
| |
| |
Zeevaartschool te Rotterdam.
DOEL. Het zich bekwamen tot stuurman en gezagvoerder ter koopvaardij.
De Zeevaartschool is gesplitst in twee afdeelingen.
I Een ‘tweejarige cursus’.
II Een ‘Stuurlieden-afdeeling’
TOELATING. Tweejarige cursus.
Voor de toelating wordt gevorderd:
1o. dat de adspirant op den 1e September van het jaar van toelating den leeftijd van 14 jaren reeds, doch dien van 17 jaren nog niet heeft bereikt;
2o. dat hij een goed gestel heeft en voldoende gezichts- en gehoorsscherpte en kleuren- onderscheidingsvermogen bezit;
3o. dat hij voldoet aan de eischen van het toelatingsexamen.
Deze vereischten zijn:
a. het schrijven van een leesbare hand.
b. kennis van de gronden der Ned. Taal;
c. kennis van de beginselen der Engelsche, Fransche en Hoogduitsche talen.
d. eenige kennis van aardrijkskunde.
e. vlug rekenen met gewone en tiendeelige breuken en kennis van de voornaamste eigenschappen der evenredigheden;
f. het metriek stelsel;
g. kennis van de beginselen der algebra, bestaande in de hoofdbewerkingen van geheele vormen, ontbinding der factoren G.G.D. en K.G.V. benevens vergelijkingen van den eersten graad met ééne onbekende;
h. kennis van de beginselen der vlakke meetkunde tot de gelijkvormigheid der driehoek. Jaarlijks vóór 1 Juli heeft in de Nieuwe Rott. Courant eene oproeping plaats. Ouders en voogden moeten de leerling doen inschrijven bij den Directeur.
Bij de inschrijving moet worden overgelegd:
a. de geboorteakte of een ander geboortebewijs van den adspirant;
b. eene schriftelijke verklaring van een geneeskundige, dat hij met goed gevolg of meer dan eens de inenting der koepokken heeft ondergaan of aan de natuurlijke pokken (variolae) heeft geleden;
e. eene schriftelijke verklaring van een geneeskundige zijner woonplaats, dat hij is van een flink gezond lichaamsgestel, voldoende gehoorsscherpte bezit en geenerlei kwalen of gebreken heeft of gehad heeft, die hem minder geschikt maken tot het zeevaren;
d. eene schriftelijke verklaring van een oogarts, dat hij voldoet aan de eischen vastgesteld voor de keuring van ad- | |
| |
spirant adelborsten der K.N.M. (K.B. dd. 30 Mei 1904 S.B. No. 113.)
Zij die voldoende bewijzen hebben overgelegd, worden door den Directeur omstreeks half Juli tot het doen van het toelatings examen, opgeroepen.
Stuurlieden afdeeling.
Hierin worden toegelaten, jongelieden die reeds een bepaalden tijd ter zee gevaren hebben en een bepaalden leeftijd hebben bereikt, zoodat zij kunnen voldoen aan de eischen van vaaren leeftijd, vastgesteld in art. 7 van het Reglement voor de Stuurlieden examens enz.
De Stuurlieden afdeeiing bestaat uit drie cursussen.
I. Een cursus voor Eerstbeginnenden.
Daarin worden opgenomen bevaren jongelieden, die nog geen voorbereidend zeevaartkundig onderwijs hebben genoten
Voor de toelating wordt gevorderd:
a. het schrijven van een leesbaren hand.
b. dat de candidaat zijne gedachten mondeling en schriftelijk, zonder grove fouten, in de Ned. Taal kan uitdrukken.
c. eenige kennis van aardrijkskunde.
d. vlug rekenen van gewone en tiendeelige breuken.
e. bekendheid met het Metrieke Stelsel.
II. Een cursus voor adspirant derde Stuurlieden en Stuurlieden van de Sleepvaart
Daarin worden opgenomen zij, die met goed gevolg den curcus voor eerstbeginnenden of een vasten cursus van een der Zeevaartscholen hebben doorloopen.
III. Een cursus voor meergevorderden.
Daarin worden opgenomen adspirant Tweede en Eerste Stuurlieden die reeds in 't bezit zijn van een Stuurmansdiploma van den vorigen rang.
N.B. Bij de inschrijving voor de Stuurliedenafdeeling moet worden overgelegd eene schriftelijke verklaring van een geneeskundige, dat de leerling met goed gevolg of meer dan eens de inenting der koepokken heeft ondergaan of aan de natuurlijke pokken (variolae) heeft geleden.
OPLEIDING. Tweejarige cursus.
Gedurende de cursus wordt onderwijs gegeven, in de navolgende vakken:
Rekenkunde, Algebra, Meetkunde, Gonio- en Trigonometrie, Werktuig- en Stoomwerktuigkunde, Natuurkunde en Meteorologie, Aardrijkskunde, Nederlandsche, Fransche, Hoogduitsche en Engelsche talen, Rechtlijnig teekenen,
| |
| |
Theoretische Zeevaartkunde. Instrumenten, Cijferen, Zeekaarten, schip en tuig, Manoeuvres en beladen, IJzeren en Stalen Scheepsbouw, Wettelijke bepalingen. Praktische oefeningen, zwemmen, gymnastiek en kennis van wapenen
Het schoolgeld bedraagt f 50 's jaars, elk kwartaal vooraf te voldoen. Aan de school is geen gelegenheid tot internaat.
De leerlingen zijn gehouden zich de uniform en de bij het onderwijs vereischte boeken, schrijf- en teekenbehoeften voor eigen rekening aan te schaffen.
DIPLOMA. Jongelieden die met goed gevolg het eindexamen hebben afgelegd, ontvangen daarvan een diploma.
Stuurliedenafdeeling.
a. Eerst-beginnenden.
Het onderwijs omvat;
Wis- en Aardrijkskunde, talen en het gebruik van instrumenten; de beginselen der Stoomwerktuigkunde en Scheepsbouw, benevens kennis van tuig, manoeuvreeren en beladen,
b. Adspirant-derden,
Herhaling in sub. a geleerde; theoretische Zeevaartkunde en beginselen der Natuurkunde, als inleiding tot de Meteorologie.
c. Meergevorderden:
Het onderwijs is ingericht voor een leertijd van ongeveer vier maanden en is gegrond op het examenprogramma der Rijkscommissie voor Stuurlieden.
Tevens worden zij in de gelegenheid gesteld onderwijs te ontvangen in talen en de ‘Beginselen van gezondheids- en verbandleer’.
Het schoolgeld bedraagt f 4 - 's maands bij vooruitbetaling te voldoen.
| |
Academie van Beeldende Kunsten en Technische Wetenschappen te Rotterdam.
Machinisten-cursus.
DOEL van den cursus is, de candidaten te bekwamen voor het Staatsexamen zoowel voor de Diploma's A B en C.
TOELATING. De eischen tot toelating voor diploma A zijn ongeveer:
Minstens één jaar vaartijd als machinist, adspirant of assistent-machinist aan boord van zeestoomschepen voorafgegaan door minstens 3 jaren werktijd als bankwerker of eene fabriek van Stoom- en andere werktuigen.
| |
| |
De candidaten moeten genoegzaam intellectueel ontwikkeld zijn om de cursus met vrucht te kunnen volgen.
Voor hen, die in het bezit zijn van een eind-diploma eener ambachtsschool kan de werktijd bekort worden tot 1 jaar.
Voor diploma B moet de candidaat in het bezit zijn van Diploma A en minstens 2 jaar vaartijd hebben als machinist.
Voor Diploma C moet de candidaat in het bezit zijn van Diploma B enz.
OPLEIDING. Aan de cursus wordt onderwijs gegeven in:
Reken- Stel- en Meetkunde; Natuur- en Werktuigkunde, Hand- en Machineteekenen, Praktijk van den Stoom en kennis der hulpwerktuigen.
Stoomwerktuigkunde, Electriciteit, Matriaal kennis.
Engelsche taal.
De pleiding duurt in den regel 4 á 5 maanden, voor diploma A. 5 à 6 maanden, voor diploma B. 7 à 8 maanden. voor diploma C.
De kosten zijn f 5. - per maand voor A en f 10. - voor B. en C. met verplichting de noodige boeken enz. voor eigen rekening aan te schaffen.
Aan de Academie is geen internaat verbonden.
| |
Marine-machinistenschool te Hellevoetsluis
Vastgesteld bij K.B. van 10 Maart 1906 No. 44.
DOEL. De M.M.S. is eene Rijksinrichting bestemd tot opleiding van jongelieden tot machinist bij de Marine.
TOELATING. Toegelaten worden jongelieden die:
1o. aan het toelatingsexamen hebben voldaan (vergelijkend),
2o Op 1 September van het jaar van toelating reeds 14 doch nog geen 17 jaar zijn.
3o. Nederlanders zijn volgens de Wet van 12 December 1892 (S.B. No. 268) of Nederlandsch onderdaan zijn als geboren in de Nederlandsche koloniën uit aldaar gevestigde ouders;
4o. bij militair geneeskundig onderzoek geschikt zijn bevonden voor den dienst bij de zeemacht.
5o. voldaan hebben aan het navolgende nl.:
De ouders of voogden moeten voor of uiterlijk op de 1e Mei een gezegeld verzoekschrift inzenden bij den Minister van Marine, waarbij moet worden overgelegd:
a. eene wettelijke verklaring dat de candidaat Nederlander is als bij 3o bepaald.
b. eene geboorteakte van den candidaat;
| |
| |
c. eene verklaring van een bevoegd geneesheer, dat de candidaat gevaccineerd is of de kinderpokken heeft gehad;
d. een bewijs van goed gedrag afgegeven door den burgemeester der gemeente, waar de candidaat de 3 laatste jaren heeft gewoond.
De kundigheden bij het examen geeischt. bestaan in:
Nederlandsche Taal, Reken-, Stel- en Meetkunde, Aardrijkskunde. Geschiedenis, Teekenen. Schrijven, Engelsche Fransche en Hoogduitsche talen.
Bij aankomst op de school verbinden de adspiranten zich om na afloop van de opleiding het Rijk 10 jaren te dienen.
De driejarige opleiding aan de M.M.S. kost f 480. Doorloopt eene adspirantmachinist voor de 2e maal een studiejaar dan wordt voor dat jaar bovendien nog f 160 betaald.
Aan de adspirantmachinisten wordt wekelijks zakgeld ververstrekt.
| |
Vereeniging ‘Zeevaartschool’ te Vlissingen.
Goedgek. bij K.B. 27 Febr. 1903 No. 11 (S.C. 27 Maart No. 73.)
Gewijzigd bij K.B. 21 Febr. 1905 No. 14 (S.C. 23 Maart 1905 No. 70)
DOEL. De vereeniging heeft ten doel het stichten en besturen eener school waar onderwijs gegeven wordt tot voorbereiding voor de examens voor Stuurlieden en Machinisten.
TOELATING. Afdeeling ‘Stuurlieden’.
A. | Voorbereidingsklasse |
B. | Derde Stuurliedenafdeeling. |
C. | Tweede en Eerste Stuurliedenafdeeling. |
A. Voorbereidende klasse.
Tweemaal 's jaars kunnen jongelieden die nog niet gevaren hebben en den leeftijd van 14 jaren hebben bereikt, toegelaten worden tot de voorbereidingsklasse, nl. op 1 Februari en 1 September.
Op den eersten van elke maand kunnen jongelieden, die reeds gevaren hebben en den leeftijd van 14 jaren hebben bereikt, toegelaten worden tot de voorbereidingsklasse of tot de Stuurlieden-afdeeling.
Adspirant-leerlingen moeten zich aanmelden bij den Directeur der Zeevaartschool onder overlegging van:
1o. de geboorte acte.
2o. eene schriftelijke verklaring van een door het Bestuur der school aan te wijzen geneeskundige.
3o. een vaccine-bewijs.
Het admissie-examen omvat:
a. Het schrijven van een leesbare hand.
| |
| |
b. vaardigheid in het lezen,
c. vaardigheid in het rekenen met geheele getallen, tiendeelige en gewone breuken.
d. kennis omtrent de aardrijkskundige ligging van de voornaamste havenplaatsen van Europa.
B. Derde Stuurlieden-afdeeling.
In deze afdeeling worden de leerlingen voorbereid tot het afleggen van het examen voor derden Stuurman ter koopvaardij, stoom- of zeilvaart.
Leerlingen van de voorbereidingsklasse, die deze met goed gevolg doorloopen hebben en voldoende tijd gevaren hebben, kunnen dadelijk overgaan in de afdeeling voor adspirant derde stuurlieden.
C. Tweede en Eerste Stuurliedenafdeeling.
In deze afdeeling worden leerlingen toegelaten, die zich wenschen te bekwamen voor het examen voor tweeden of eersten stuurman ter koopvaardij, stoom- of zeilvaart.
OPLEIDING. A. Voorbereidingsklasse.
Het onderwijs in deze afdeeling duurt 5 à 6 maanden. Het schoolgeld bedraagt f 5.- per maand bij vooruitbetaling te voldoen. Boeken en schrijfbehoeften komen voor rekening van den leerling.
Het onderwijs wordt gegeven als volgt:
Rekenkunde, Algebra en Meetkunde, Practische zeevaartkunde, Stoomwerktuigkunde. Natuurkunde, Meteorologie. Cosmographie, Aardrijkskunde. Wettelijke bepalin, en, Scheepsbouw, Engelsche taal.
B. Derde stuurliedenafdeeling.
Het schoolgeld enz. gelijk aan dat voor de Voorbereidingsklasse.
Het onderwijs wordt in dezelfde vakken gegeven doch tevens in Gonio- Trigono- en Steriometrie, Theore tische Zeevaartkunde, Instrumenten en Nederlandsche Taal.
C. Tweede en Eerste Stuurliedenafdeeling.
Het schoolgeld enz. als voor de andere afdeelingen. Het onderwijs als voor de derde stuurliedenafdeeling doch vervallen de lessen in Cosmographie en Nederlandsche Taal.
MACHINISTEN-CURSUS.
A. | Afdeeling voor machinisten volgens Programma A. |
B. | Afdeeling voor machinisten volgens Programma B en C |
| |
| |
TOELATING. A. Afdeeling machinisten volgens Programma A.
Voor de toelating tot deze afdeeling moet afgelegd worden een admissieexamen, omvattende:
a. Het schrijven van een leesbare hand.
b. vaardigheid in het lezen,
c. vaardigheid in het rekenen met geheele getallen, tiendeelige en gewone breuken,
d. kennis van het Metrieke stelsel.
Op den eersten van elke maand kunnen jongelieden die hun werk- en vaartijd voor het examen van machinist ter koopvaardij vereischt, reeds verkregen hebben, tot de school worden toegelaten.
Adspiranten moeten zich aanmelden bij den Directeur onder overlegging van:
1o. Eene schriftelijke verklaring van een door het Bestuur der school aan te wijzen geneeskundige, inhoudende, dat zij bezitten eene voldoende gezichts- en gehoorscherpte.
2o. Een vaccinebewijs.
B. Afdeeling Machinisten volgens Programma's B en C.
In deze afdeeling worden zij toegelaten die in het bezit zijn van het diploma A voor machinist ter koopvaardij en zich wenschen te bekwamen voor het examen ter verkrijging van de diploma's B en C.
OPLEIDING. Het schoolgeld bedraagt f 5.- per maand bij vooruitbetaling te voldoen.
Het onderwijs omvat de navolgende vakken:
Wiskunde, Natuurkunde, Werktuigkunde, Stoomwerktuigkunde. Electriciteit, Teekenen, Nederlandsche taal, Engelsche taal, Verbandleer, Kennis van materialen. |
|