Surinaamsche Almanak voor het Jaar 1902

[p. 130]

Verdeeling der bevolking naar de ondersch. betrekkingen, beroepen en ambachten in 1900.

Betrekkingen, Beroepen en Ambachten	Paramaribo.	Nickerie.	Coronie.	Ben. Saram.
Ambtenaren	142	10		2
Apothekers	21	1
Beambten v P.	98	8	4	10
Geestelijken	43	4	2	1
Geneeskundig.	19	2	1	2
Goudindustrie	1731
Gr. eigen. administrat. en opzicht. v. pl.	40	28	24	22
Houthakkers	31	3
Huisbedienden	900	76	51	14
Ingenieurs	7	1		4
Karrelieden	136
Kleermakers	113	14	8
Kooplieden	107
Kuipers	12	9
Landbouw. (kl)	628	693	514	2210
Landmeters	10
Machinisten	29	2	1	1
Marktvrouwen	224
Militairen	240	37
Metselaars	72	1	1
Notarissen	2
Onderwijz. en onderwijzer.	169	15	11	2
Photografen	2
Praktizijns	8
Schilders	97	3	3
Sjouwers	173	4
Slijters, tappers	2	29
Smeden	196	9	4
Timmerlieden	829	55	29	5
Veld- en fabr. arbeiders	287	1840	201	464
Visschers	105		8
Vroedvrouwen	8	1	1
Waschvrouwen	793	46	6	1
Winkeliers	193	7	11	7
Wink. en kant. bedienden	421	23	4	12
Zeelieden	130	10	13
Dieverse (niet afz. vermeld)	1632	166	37	31
Zonder beroep. (h.o. geh. vr., oud. gebrekk. en kinderen	22572	1596	1108	1217
	_____	_____	_____	_____
	32228	4693	2041	4001
	a.	b.

Betrekkingen, Beroepen en Ambachten	Bov. Saram.	Ben. Suriname.	Ben. Para.	Bov. Para.	Bov. Suriname.
Ambtenaren		6		1	1
Apothekers
Beambten v P.	3	3		9	13
Geestelijken			1	4	2
Geneeskundig.		2		1	1
Goudindustrie	181	52	40	10	422
Gr. eigen. administrat. en opzicht. v. pl.		65	10	13	13
Houthakkers		2	6	52	20
Huisbedienden		47	10	20	8
Ingenieurs
Karrelieden		6	4
Kleermakers		16	3
Kooplieden
Kuipers
Landbouw. (kl)	232	1196	1280	1816	538
Landmeters
Machinisten		2		2
Marktvrouwen
Militairen		71
Metselaars		3	7
Notarissen
Onderwijz. en onderwijzer.		2	1	5	2
Photografen
Praktizijns
Schilders		3	6
Sjouwers		7	5
Slijters, tappers
Smeden		4	6	1	2
Timmerlieden		28	21	3	4
Veld- en fabr. arbeiders		1866	79	200	319
Visschers
Vroedvrouwen				1
Waschvrouwen		38	42
Winkeliers		21	3	9	8
Wink. en kant. bedienden		14	2	8	4
Zeelieden
Dieverse (niet afz. vermeld)	7	45	46	22	39
Zonder beroep. (h.o. geh. vr., oud. gebrekk. en kinderen	141	1532	445	1339	1010
	_____	_____	_____	_____	_____
	568	5031	2017	3516	2406
		c.

Betrekkingen, Beroepen en Ambachten	Ben. Commew.	Bov Commew.	Cottica.	Marowijne.	Totaal.
Ambtenaren	4		4	3	175
Apothekers					22
Beambten v P.	12	4	3	10	177
Geestelijken	2	1	2	2	67
Geneeskundig.	4	1		2	35
Goudindustrie		207	274	485	3102
Gr. eigen., administrat. en opzicht. v. pl.					212
Houthakkers	8				117
Huisbedienden	86	13	15	14	1254
Ingenieurs	1				13
Karrelieden					146
Kleermakers				5	159
Kooplieden					107
Kuipers	3		5		29
Landbouw. (kl)	1242	217	294	11	10871
Landmeters					10
Machinisten	5			4	46
Marktvrouwen					224
Militairen				24	372
Metselaars	7				91
Notarissen					2
Onderwijz. en onderwijzer.	4		2	3	216
Photografen					2
Praktizijns					8
Schilders	6				118
Sjouwers	10				199
Slijters, tappers	24			1	56
Smeden	28		7	2	259
Timmerlieden	51		8	19	1052
Veld- en fabr. arbeiders	4448	438	993	15	11150
Visschers	3			9	125
Vroedvrouwen					11
Waschvrouwen				17	943
Winkeliers	38	4	11	4	316
Wink. en kant. bedienden	14	2		21	525
Zeelieden				2	155
Dieverse (niet afz. vermeld)	104			13	2142
Zonder beroep. (h.o. geh. vr., oud. gebrekk. en kinderen	2369	241	426	164	34160
	_____	_____	_____	_____	_____
	8465	1128	2044	830	68968
				d.

Onder de totalen begrepen a. milit. 240, koopv. vl. 50, civ. 30, gevang. 91, samen 411 [...], milit. 37, gevang. 4, samen 41; c. milit. 71, civ. 131, gevang. 88 samen 290; d. milit. 24,