Surinaamsche Almanak voor het Jaar 1838

[p. *2]

S.F.C. Arons Fecit.
Steend. v. Deeguerrois en Co.
GEZIGT AAN DE RIVIER BENEDEN COMMEWIJNE.

[p. V]

Voorberigt.

De pogingen, in de verledene jaren aangewend tot het vroegtijdig in gereedheid brengen van het manuscript des Surinaamschen Almanaks, hebben den gewenschten uitslag ten gevolge gehad, zoodat die jaargangen al zeer vroeg hier zijn ontvangen. De algemeene tevredenheid, welke het Bestuur deswege heeft mogen ondervinden, kon niet anders, dan hetzelve krachtdadig aansporen, om spoedig de Redactie voor den jaargang 1838 werkzaam te stellen.

Volgens Besluit van het Bestuur, worden in dezen Almanak opgenomen:

1^o.	De Almanak, met bijvoeging van den waterstand aan Braamspunt.
2^o.	Het Koninklijk Huis der Nederlanden.
3^o.	De Regerende Hoofden der Europesche Rijken.

[p. VI]

4^o.	Het Ministerie van Koloniën.
5^o.	Hooge Regering, Schutterij, Militie-wezen, Kollegiën en Ambtenaren in de gezamenlijke Nederlandsche Westindische Bezittingen.
6^o.	Chronologische Naamlijst der Leden van het Departement Paramaribo, der Maatschappij: Tot Nut van 't Algemeen.
7^o.	Volledige Naamlijst der Plantaadjes en Gronden, met vermelding van derzelver getal Slaven, de grootte der Concessiën en het Produkt, der Eigenaren, Directeuren en Administrateuren.
8^o.	Alphabetische Naamlijst der Plantaadjes, met aanwijzing van derzelver ligging aan de rivieren of kreken; mededeeling van de benamingen, onder welke dezelve bij de Slaven bekend zijn, en van de bladzijden, waarop zij vermeld staan.

Als Bijlagen, tot gerijf der Ingezetenen, zijn in dezen jaargang opgenomen:

a.	Wet van den 13^den/16^den Mei, 1836. (Houdende eene interpretatie van en ampliatie op

[p. VII]

	Art. 7 der Publicatie van het voormalig Gemeente-Bestuur der Kolonie Suriname, d.d. 27 September, 1832.)
b.	Wet van den 24^sten April, 1837. (Waarbij eene wijziging wordt vastgesteld in Artikel 5 van het Reglement voor het Departement der Onbeheerde Boedels in de Kolonie Suriname.)
c.	Wet van den 24^sten April, 1837. (Bepalende den termijn, waarop en binnen welken de algemeene Tauxatie van de Huurwaarde van huizen en gebouwen, gelegen binnen Paramaribo en den omtrek der stad, als grondslag van Belasting voor drie achtereenvolgende jaren zal geschieden.)

De Mengelingen, hierbij gevoegd, behelzen:

A.	Naamlijst der Predikanten bij de Evangelisch Lutersche Gemeente in de Kolonie Suriname, sedert het jaar 1742 tot 1837.
B.	Opgave der Bevolking van de Kolonie Suriname, benevens de afzonderlijke Bevolking en bebouwing der onderscheidene Plantaadjes en Gronden, mitsgaders de daarop aanwezige Fabrijken.

[p. VIII]

C.	Opgave der Gemanumitteerde Slaven, gedurende het jaar 1836.
D.	Tabellarisch Overzigt van Uitgevoerde Produkten.

Het Bestuur betuigt bij dezen deszelfs warmen dank aan allen, die middellijk of onmiddellijk aan de zamenstelling van dit manuscript hebben medegewerkt, en terwijl hetzelve tevens aan den Gevolmagtigde des Departements de opregtste hulde biedt voor zijne onvermoeide zorgen tot bevordering van deszelfs belangen in het Moederland, vertrouwt het Bestuur, dat ZEd. ook nu weder de tijdige uitgave van dit Jaarboekje ter harte zal nemen, en als bij vernieuwing hetzelve behulpzaam zijn in de vervulling van deszelfs verpligtingen.

Op last van het Bestuur:

De Secretaris van het Departement,

J.H. DE FRIDERICI.

Paramaribo,

den 1^sten Augustus, 1837.