Moderne stedebouwbeginselen in de practijk (vervolg)
Door C. Van Eesteren.
De schoonheid van Amsterdam van heden, zal een andere zijn als die van het Amsterdam van gisteren. Erkennen wij dit niet en trachten wij steeds opnieuw de oude schoonheid op te lappen, waardoor wij haar echter tevens vermoorden dan worden onze steden tot oorden van leelijkheid en ongerief.
Een nieuwe schoonheid komt in de plaats der oude, waarin de oude slechts als component te herkennen zal zijn.
Slechts op die mannier zijn we verantwoord tegenover het verleden en nog meer, wat belangrijker is, tegenover de toekomst.
Zoo bijv. de Grimburgwal:
De oude sluis met de hieraan gebouwde schilderachtige huizen moeten verdwijnen. Wanneer dit zoo zonder meer zou gebeuren, zonder dat het stadsbeeld geheel opnieuw zou doordacht worden en tengevolge daarvan opnieuw geheeld, dan zou na deze operatie een open wonde achter laten.
Ook om dit stadsbeeld, waar openheid in de plaats van intieme geslotenheid treedt, opnieuw te beheerschen is op den hoek van het Spui een hoog gebouw noodzakelijk.
Komende van de singelgracht zal ook het Spui door het hoog opstrevende torenhuis opnieuw bepaald worden.
De nieuwe ononderbroken rooilijn Luthersche kerk - Rokin maakt dit noodzakelijk, daar deze de voorsprong van het bouwblok tusschen Kalverstraat en Rokin, welke het Spui in die richting afsloot, opheft en daardoor het karakter van het Spui verandert.
De transformatorruimte gekoppeld aan den walmuur en de nieuwe brug over de Grimburgwal en het lage Café verfijnen het stadsbeeld en dragen zorg van een goede verhouding tusschen hoog en laag.
De rooilijnwijziging van het Spui kan uit de waardever-