Tooneel
door Dop Bles
N.V. Het Hofstad-Tooneel. De Spiegel der zotheid, door Mr. C.P. v. Rossem.
Luid en luidruchtig heeft de Heer Mr. C.P. van Rossem het verkondigd: hij zou, malgré tout, d.w.z. malgré al het behaalde succes, geen blijspelen meer schrijven van de waardeloosheid die men van hem gewoon was, neen hij zou de la, la literatuur vaarwel zeggen, om serieus de à la dramatiek te beoefenen. Toen gaf hij zijn ‘Wedergeboorte’ à la Molière, die ondanks zijn imaginaire zieke (garanti sur facture) als een fausse couche werd beschouwd, in stee van als de geestelijke herrijzenis van Molière huldigend te worden aanbeden.
Toen is deze Mr. auteur kwaad geworden en heeft zijn woede uitgesproken tegen en in de pers.
Molière scheen de man niet, althans de juiste talisman niet. Hij wendde zich dus van Molière af en klopte bij Erasmus aan. Een goed begin is 't halve werk, en hij begon den titel bij Erasmus te halen. Doch waarschijnlijk uit bijzondere sympathie voor dezen Rotterdammer, noemde hij dit spel niet: ‘De lof der Zotheid’ (immers dan zou men in den loop der eeuwen steeds aan Mr. van Rossem en nooit meer aan Erasmus denken bij 't hooren van dees titel) maar ‘De Spiegel der Zotheid’. Wie zich aan een ander spiegelt.... De Heer Mr. auteur vergat mèt bespiegeling, ook de loutere spiegeling, die zacht ware geweest in Hans Martin's ‘Vrijbuiter’! Daar had hij dan gezien, dat zijn jonkheerlijke held veel gemeen heeft met dezen ‘Vrijbuiter’, namelijk: het gemeene. Gemakkelijker dan in zijn eigen productie had hij ingezien, hoe goedkoop het is en hinderlijk pedant het aandoet, hoe irriteerend van zelfoverschatting en dom van geestloosheid het toch is, om een zoogenaamde geestige held ten tooneele te voeren, wiens geest in ad-rem-antwoorden steeds zegeviert, doordat deze held uitsluitend tegenover menschen geplaatst wordt, die een voldoende dosis gezond verstand missen, ja vaak het imbeciele naderen.