Het Spreeuwtje, fluitende en zingende allerhande liedjes op bekende oude en nieuwe wijzen

[p. 77]

BLADWIJZER.

Ach! hoe menig Dichter droomde	Bladz. 47.
Een jonge bloem van achttien jaren	Bladz. 21.
Een meisjen eertijds los van aard	Bladz. 26.
Een rijke doe door slim beleid	Bladz. 60.
Hij, die meisjes vrijen wil	Bladz. 37.
Hoe dorstig 't Eendje zij	Bladz. 75.
Hoe trouwt nu Joost met Pieternel;	Bladz. 55.
Ik heb onder Duitschers en Franschen	Bladz. 29.
Jan Rap had al zijn geld verzopen,	Bladz. 63.
Koopt, Jufvrouwen, koopt Mijn Heeren!	Bladz. 73.
Laast in 't Varkens-hoofd	Bladz. 23.
Leef met lust en zonder zorgen.	Bladz. 31.
Lustig aan 't dorschen	Bladz. 50.
Maak staat eens op Soldaten praatjes,	Bladz. 65.
Neen! neen! ik haat de kweezlarij.	Bladz. 18.
ô Bol! ô Bol! Wat rijst gij trotsch naar boven.	Bladz. 46.

[p. 78]

O mijn Ziel! welk een genoegen!	Bladz. 16.
Onder de Roos is menigeen	Bladz. 1.
Op het eenzaam erf.	Bladz. 68.
Spring vrij rond in de enge kooi	Bladz. 33.
Waarom, mijn lieve Grietje!	Bladz. 9.
Wat gejuich, gewoel, geschater!	Bladz. 14.
Wat is toch dat Wintertje nattig en koud	Bladz. 40.
Wat Mensch heeft niet zijn eigen kuur?	Bladz. 51.
Wat vliegt daar toch, me lieve Piet,	Bladz. 43.
Welk een verrukken schouwspel!	Bladz. 57.
Wel Sijmen! foei! klopt gij uw wijf?	Bladz. 3.
Wie wil 'er Augurkies koopen.	Bladz. 12.
Zie de Bloemmarkt nu eens prijken	Bladz. 71.
Ziet, hoe daar dat Zusje gaat	Bladz. 7.
Zoudt gij daar uw duitjes geven	Bladz. 10.