De schreeuwende kat-soe, op zyn wagen. Pak maar weg, stuk voor stuk, voor vier stuyvers
(1775)–Anoniem De schreeuwende kat-soe, op zyn wagen. Pak maar weg, stuk voor stuk, voor vier stuyvers– AuteursrechtvrijZingende de aldernieuwste Liederen, die hedendaags gesongen worden
[pagina 3]
| |
Stem: So als het begind.1. Ben ik dan tot niet Geboren,
Als tot droefheyt en geween?
Heeft ‘t Ongeluk my geboren?
Eeuwiglijk van u te zijn?
Schoonste Iuffrou vol van waerde,
| |
[pagina 4]
| |
Ziet dog eens u minnaer aen:
Gy alleen zijt maer op Aerde,
Die mijn smart geneesen kan.
2. Iongman wilt u moeite sparen,
Want sulks kan onmogelijk zijn;
Steld u hart in geen bezwaren,
Van onnosele minne pijn:
Wilt ‘er dog niet meer aen denken,
Laet u zinnen anders zijn,
Om mijn hart aen u te schenken,
Laet het Vrijen liever zijn.
3. Kan geen Granadier verwerven?
Uwe gunst ô schoon Ionkvrouw!
Dan so wil ik liever sterven,
Eer ik uw verlaten souw;
Zal ik dan so voor uw ogen?
Als een schaduwe vergaen?
Hemel kunt gy sulks gedogen,
Ziet mijn droeve Elend aen.
4. Iongman al u soete reden,
Dringen my so diep in ‘t hart,
Gy bent jong en fris van leden:
Gy moet weeten van geen smart,
Gy alleen kunt mijn bekoren,
Door u lieffelijk gelaet,
Maer als zulks mijn Ouders hoorden,
Die souden wesen disperaet.
5. Schoonste Iuffrou wilt niet vresen,
Voor u Ouders quaed bescheyt,
Want zy hebben u voor desen:
Zulke steenen voor geleyt,
| |
[pagina 5]
| |
Liefje wilt ‘er niet voor schromen,
En weest daer maer niet voor schuw,
Als ik maer by u mag komen:
Dan so heb ik genoeg aen jouw.
6. Ionkman al u schone woorden,
Dat voldoet niet tot de zaek,
Want gy weet niet mijn gebreken:
Gy soud tonen uwe wraek,
Maer het meest daer ik om schrome,
Gy hebt mijn jonk hert berooft:
Maer aen een seker Heer gepresen,
Heb ik mijn Trouw belooft.
7. Moet een Granadier dan wyken,
Voor een Heer of Staets-persoon?
Neen ik sal zulks aen hem wreken,
Of hy sal ‘t aen my doen,
Ik sal altyd voor u stryden:
Zo by dage als by nagt,
En in storm en Oorlogs tyden,
By u wesen dag en nagt.
8. Ik ben wel met u te vreden,
Ionkman hout u maer konstant:
Ik sal tot mijn Ouders treden,
En doen haer de zaek ter hand;
Vader wilt het consenteren
Ziet een Iongman komt alhier,
Die zijn Trou aen my komt bieden,
Hy is een frisse Granadier.
9. Dogter gy komt my verstoren,
Bent gy also seer verblind?
Wat moet ik nu van u horen:
| |
[pagina 6]
| |
Ziet wat Heer dat u bemint?
Gy kunt met Dames ryden,
Als een Aardsch Godin gekleed,
Wilt dog sulke Iongmans myden:
Of het sal u wesen leed.
10. Vader wilt het consenteren,
Wat baet my de grote zwier?
Want mijn eenigste begeren,
Is na dese Granadier:
Brengt my dog in geen bezwaren,
Met een Heer van Kapitael:
Met een Krygsman wil ik paren,
Die daer voert zijn blanke stael.
11. Dogter lief hoe kan het wesen?
Dat gy so een Heer versmaet:
Daer gy altyd ook voor desen,
Tragte naer den hogen staet?
Maer wel aen ik ben te vreden,
Stelt u Ionk hert maer gerust,
Laet de Ionkman binnen treden:
Als het is in Eer en deugt.
12. Eedle Heer kan ik niet roemen,
Op mijn grote Geld of goed:
Mogt ik u als Vader noemen,
Dan so was ik Ryk genoeg:
Geld en Goed wil ik graeg derven,
Is het maer met u consent?
Dat ik mag u dogter Erven,
Tot een Huwelyks present.
13. Iongman het sal geschieden,
Weest daer maer niet voor bevreest,
| |
[pagina 7]
| |
Gy sult als twee Echte lieden,
Treden in het Huwelyks feest:
En kom ik dan eens te sterven,
En mijn levens loop is uyt,
Al mijn Goed dat sulje Erven,
Trouwt nu met u lieve Bruyt.
14. Komt nu gy Granadiers te zame,
Als gy wilt uyt Vrije gaen,
Wilt u dan dog niet schame,
Om met Dames uyt te gaen:
Maer laet u van my raden,
Zoekt een Iuffrou na de zwier,
Ik weet zy sal u niet versmaden,
Maer ontfangen met playsier.
|
|