Roeping. Jaargang 35(1959)– [tijdschrift] Roeping– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 523] [p. 523] Jan Boelens De dichter loopt op blote voeten Lezer wat is er van de dichter hij loopt op blote voeten op het water van zijn geest de wind van zijn inspiratie waait in de vleselijke oorschelp van de wereld de dichter is doorluchtig de dichter is broodnuchter. Lezer wat is er van U en ik wij draven in de wereld in de piste van de tijd de dichter echter loopt de woorden als straten af en zet zijn horloge bij op het marktplein middernacht, want de dichter is een ondervrager de dichter is een ondergraver de dichter beweert voor waar hij is een samenzweerder de dichter is een maniak. Lezer leren wij opnieuw te weten van de wereld en de dichter want de dichter is een pauze op aanwijzing van de stilte de dichter is de nachtwaker op deze klaarlichte dag. Vorige Volgende