Roeping. Jaargang 34(1958)– [tijdschrift] Roeping– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 521] [p. 521] Piet Boekestijn Ik praat mijn verdriet goed ik ken mezelf ik ben een droevig dier dit is wat ik vanavond heb gezegd en ter rechtvaardiging heb ik haar uitgelegd verdriet is een hoogwaardig soort plezier zij zei ach wat je bent nu immers hier je hebt mij lief het leven is niet slecht verdriet verdwijnt wanneer je het bevecht span je meer in dat is wel dè manier mijn liefste zei ik kijk eens in het rond zie naar die wolken en die grijze lucht en voel de regen met haar droeve mond de mens heeft met de droefheid een verbond maar sluit zijn ogen graag daarvoor en vlucht en liegt en zegt o lachen is gezond [pagina 522] [p. 522] Hier zijn je saffieren gebaren hier zijn je saffieren gebaren juwelen manieren van liefde de sieraden zilveren zonlicht in ogen van schitterend steen twee blijlichte vogels je handen verleidelijk sierlijk zij zweven bedroefd zien verlangende vingers hun zuivere vliegen genot die glanzende zwijgende dieren zij kiezen je hemel genieten verliezen mijn aarde ontstijgen mijn lichaam vermoeide muziek maar sieraden zilveren zonlicht die baden in blauwe rivieren houd ik je saffieren gebaren juwelen manieren van liefde Vorige Volgende