Van A naar B
In het begin zaten ze nog wat schoorvoetend tegenover elkaar aan haar keukentafel in Duiven, ‘onze ministroopwafel te bestuderen en ik zat haar hond Ed te aaien tot-ie er kale plekken van kreeg, maar ik heb dat duizendmaal liever dan instant jovialiteit’, omschrijft Erik Jan Harmens de eerste kennismaking. Maar toen ze achter de piano gingen zitten, klikte het meteen.
E.J.: ‘Iedere keer als ik bij Roos in Duiven kwam bood ze heerlijke koekjes aan, de laatste keer dat ik ging bracht ik “verse stroopwafels” mee, gekocht bij het benzinestation, maar die waren vreselijk taai. Ed vond ze echter erg lekker. Toen Roos wat eerste notities van me luiduit begon te zingen wist ik meteen dat het goed ging komen. Deze vrouw heeft het lef van een beer die zijn poot andermaal in een bijenkorf wurmt.’
R.: ‘Erik Jan kwam telkens bij mij langs met teksten, ik heb dan al een melodie. Hij liet me elke keer volledig vrij en hij past zijn tekst dan aan.’
E.J.: ‘Natuurlijk, ik was dienstbaar aan Roos, als zij zich keer op keer verslikte in een regel paste ik 'm aan, en zij wou een eerder door mij geschrapt woord, “lantaarnpaallicht”, er toch graag in, omdat het zo goed bekte, dus die heb ik elders weer in de tekst ingepast. “Ik omklem zijn puddingbuik/ dresseer de teken in zijn camelhuid/ als zweepslagen tiktakt de tijd/ ik draag een luier behoud mijn waardigheid.” Die laatste regel heb ik gesampelt uit een gedicht van mezelf, hij paste hier zo goed. En als Roos “tiktakt” zingt, smelt ik. Niemand zingt dat zoals zij. Tiktakt. Tiktakt. Ze zingt het niet lomp maar haalt juist eerst heel even adem, minder dan een tel, en dan komt “tiktakt”. Dat is timing. Dat is talent.’
Beiden ervoeren hoe groot het verschil is tussen een dichter en een liedtekstschrijver. De eerste is vrij, niet gebonden aan melodie.
R.: ‘Erik Jan schrijft en schrapt dan gemakkelijk, soms moet ik er dan weer iets anders van maken - dat vind ik soms wel ingewikkeld. Een belangrijk verschil is dat ik meteen een duidelijke regel of zin heb, een herhaling in de tekst die bepalend is voor de inhoud. Bij een gedicht geeft het niet wanneer je de betekenis pas na een paar keer lezen doorhebt, terwijl je een lied dat je één keer hoort wel meteen moet begrijpen.’