[Mijn HTS-tijd (vervolg)]
Een vogel die voorbijvliegt, met een paar eieren in zijn buik.
Mijn diepe verlangen ergens deel van uit te maken, is niet los te maken van het verlangen daarvoor betaald te worden. Blijkbaar is die betaling er gewoon een uiting van en stelt die eenheid, zonder salaris, niets voor.
Vanmorgen langs de studentensociëteit Xenophon gelopen. Een oud gebouw met, achter de ruiten, affiches waarop: Xenophon subsidie NU. De deur staat open; er komen toevallig twee studenten uit. Gehuld zijn ze allebei in een cape en zij roken bedachtzaam een pijp, dalen de trap af en kijken mij aan. En ik voel wat zij voelen, met hun pijp, zonder geld, in dat oude gebouw dat ontruimd moet worden. Als windeieren voelen ze zich.
De gesloten organisatie.
De gesloten organisatie laat zich beschrijven als een netwerk van informatiestromen dat slechts in beweging komt door informatie die van buitenaf komt. De organisatie beweegt zich als een bijenzwerm door de ruimte en geen bij, die, als hij niet bijdraagt tot de totale beweging van de zwerm, niet wordt uitgestoten.
Ieder mens in een organisatie is voor te stellen als een verzameling van een of meer informatieknooppunten.
De informatie die hij afgeeft is een funktie van (a) de informatie die hij binnenkrijgt en (b) van hemzelf.
Laten we het verschil tussen de informatie die binnenkomt, Ii, en de informatie die als gevolg daarvan uitgaat, Iu, aangeven door dI en laten we aannemen dat dit verschil een functie is van de tijd. We geven dit verschil weer met een minteken en schrijven
en we vatten 's mans bijdrage tot de informatieverandering op als de mate waarin de informatieverwerking zelf in de loop van de tijd verandert. We kunnen dit aangeven met het verschil tussen twee opeenvolgende informatieveranderingen. Als we dit aangeven met d2I2; dan geldt
Laten we tenslotte zo'n functionaris, of zijn persoonlijkheid P, in de organisatie definiëren als de som van de mates waarin bij elke informatieverwerking is afgeweken van de vorige informatieverwerking.
(1) en (2) geven dus aan dat verondersteld wordt dat over een zeker interval T in een organisatie informatie op twee wijzen veranderingen ondergaat.
(3) geeft ons de gelegenheid te zien wat er gebeurt als die verandering van informatie (1) of verandering van informatieverwerking (2) niet plaats vindt, dus als ergens
resp.
(5) betekent dat, als je weet hoe de informatie de eerste keer verwerkt is, je ook weet hoe ze de tweede keer verwerkt wordt. In een bepaald opzicht is de informatieverwerkende functionaris uiterst betrouwbaar, maar als (5) geldt weet je ook dat de informatie die de man verwerkt hem er niet toe zal brengen, informatie ooit op een andere manier te verwerken. Je zou kunnen zeggen: die informatie heeft geen betekenis voor hem.
Oftewel: de man zou best kunnen worden vervangen door een automaat.
Is (5) een formulering die aangeeft dat iemand in een organisatie perfect functioneert, maar dood is, (4) is de formulering van het wat ingewikkelder verschijnsel dat informatie überhaupt niet verandert of zelfs vervormd wordt: de informatie blijft liggen. In termen van het genoemde gesloten informatienetwerk betekent zoiets dat de informatiestroom op die plaats ontregeld is, ziek.
Uit (4) en (5) en onze bijzondere mening daarover volgt a) dat een zieke plek in een organisatie niet dood is als die ziekte toeneemt of afneemt, en b) dat een dode plek in een organisatie, zolang de - noodzakelijk zinledige - informatie verwerkt wordt, beslist niet ziek is.
Maar als van een bepaalde functionaris rond wie het bedrijf ziek is en die dus zelf ziek is, die ziekte niet meer toeneemt of afneemt, dan is ook zijn dood ingetreden en kan men, in casu zijn omgeving, van mening zijn dat hij perfect functioneert.
Over de oorzaak van ziekte in een organisatie en de invloed van de hiërarchieke verhouding daarop - het volgende.
Als informatie onverwerkt blijft liggen, kan dat zijn oorzaak hebben in een verandering van a) informatie, b) de informatieverwerker.