| |
| |
| |
Lijst van eigennamen
In de onderstaande lijst zijn de eigennamen van dieren, personen en plaatsen opgenomen, alfabetisch gerangschikt op de meest voorkomende onverbogen vorm. Tussen ronde haken volgen de andere gebruikte vormen, in alfabetische volgorde. Indien alleen verbogen vormen voorkomen, is de verbuiging in het lemma tussen ronde haken gezet; zie bijvoorbeeld Camerike(n). Achter de versnummers volgt een korte toelichting, in het geval van sprekende namen tevens de betekenis.
Abelquac
831 - Dorpsvrouw: ‘mooipraatster’ |
Abrioen van Tryer (Abryoen)
5330, 5337, 5362 - joodse magister/tovenaar |
Aelcroot (Aelcrote)
5200, 5205 - apin, zus van Rukenau |
Akarijn
5297 - tovenaar |
Aken
2295, 2643 - Duitse stad, verblijfplaats van Karel de Grote, kroningsstad voor de Duitse Roomskoningen |
Alente
325 - Niet nader aangeduide (edel?)vrouw |
Ardennen (Ordanen)
329, 2270 - Ardennen, woeste streek |
Aristotiles
5053 - Aristoteles, invloedrijke Griekse filosoof |
Arkeloos
5333 - Plaatsje, Arkel in Zuid-Holland (?) |
Avesoete
830 - Dorpsvrouw: ‘kletswijf’ (?) |
Baerdeloge
830 - Dorpsvrouw: ‘bijtend als loog’ (?) |
Bandelo
6779 - Boudelo, Cisterciënserabdij in de buurt van Sinaai in het Waasland |
| |
| |
Bave
831 - Dorpsvrouw: ‘kwijlster’ |
Bellijn (Bellijns)
1869, 1872, 2934-74, 3056, 3075-83, 3122, 3222-3372, 3427-73, 3980, 3982, 4704, 5262, 5269, 6181, 6190 - Ram, hofkapelaan |
Bertout mitten langen vingeren
824 - Dorpeling |
Biteluus
5109, 5120, 5136, 5204, 6771, 7391 - Aap, zoon van Rukenau en Mertijn: ‘luizenbijter’ |
Boreel
1881 - Stier |
Boudewijn
5691 - Ezel |
Bruun (Brune, Brunen)
505-1023, 1054, 1110, 1503, 1833, 1839, 1844, 1874, 1933-2070, 2271, 2275, 2293, 2356, 2446-2504, 2627, 2800-40, 2910, 2978, 2991, 3012, 3103, 3343, 3410-80, 3659, 3727, 3807, 3964, 3971, 4650, 4727, 4811, 4952, 7615 - Beer, vernoemd naar de kleur van zijn pels: ‘bruine’ |
Camerike(n)
4416 - Kamerijk, bisschopsstad in Noord-Frankrijk. In de middeleeuwen viel een groot deel van Vlaanderen onder dit bisdom |
Cantecleer 1 (Cantecleers)
313, 319, 343, 403, 453, 486, 1509, 1825, 1827, 1883 - Haan: ‘heldere zanger’ |
Cantecleer 2
323 - Jonge haan, zoon van Cantecleer 1 |
Cleomedes (Cleomedis)
5602, 5615 - Cleomadès, koningszoon, hoofdpersoon uit de gelijknamige avonturenroman van Adenet le Roi |
Coppe 1 (Coppen, Coppens)
315, 335, 339, 445, 486 - Hen, vermoorde dochter van Cantecleer 1 en Coppe 2: ‘kuifkop’ |
Coppe 2
359, 486 - Hen, echtgenote van Cantecleer 1 |
Corbout (Carbout)
3556, 3559, 3814, 4355, 4485, 4659, 4910 - Roek (kraaiensoort), klaagt Reynaert aan |
Cortoys (Corttoys)
109, 122, 130, 133, 264, 279 - Hondje: ‘hoofse’ |
| |
| |
Craeyant
327 - Jonge haan, zoon van Cantecleer 1: ‘kraaier’ |
Crompaert
5592, 5609 - Koning, vader van Cleomadès, maker van vliegend houten paard |
Dooryngen
2485 - Thüringen, landgraafschap in Noord-Duitsland |
Drongelingen
5333 - Plaatsje, Drongelen in Zuid-Holland (?) |
Duwa
2644 - Douai, plaats in Noord-Frankrijk, in de middeleeuwen horend tot Vlaanderen |
Ecuba
5526 - Echtgenote van Priamus, koningin van Troje |
eerdsche paradise
5347, 5455 - Hof van Eden, verblijfplaats van Adam en Eva voor de zondeval; het uiterste oosten van het bewoonbare deel van de wereld |
Eerswijnde (Eerswijn, Eerswijnden, Eerswind, Eerswinde, Ersswijn, Erswijnde)
246, 1666, 2857, 2905, 2922, 3424, 6405, 6446, 7328, 7615 - Wolvin, echtgenote van Ysegrim: ‘Aarswind’ |
Elmare (Elemaer, Elmaer, Elmaren)
401, 1523, 4515 - Benedictijner uithof tussen Aardenburg en Biervliet in het graafschap Vlaanderen, gesticht als priorij vanuit de Gentse Sint-Pietersabdij (ongeveer bij het huidige Waterland-Oudeman aan de Belgisch-Nederlandse grens) |
Elve(n)
2461 - Elbe, rivier die het Nederduitse gebied (m.n. het hertogdom Saksen en het landgraafschap Thüringen) scheidt van meer oostelijk gelegen en later bij het Duitse rijk gevoegde landen |
Enam
5334 - Ename, stadje bij Oudenaarde in Vlaanderen |
Ermelijn (Armelijn, Ermelyne, Ermelynen)
1379, 1449, 1467, 2436, 3080, 3090, 3112, 3113, 3184, 3240, 3253, 3838, 3868, 3927, 7749, 7754 - Vossin, echtgenote van Reynaert |
Ermelinc (Ermeric)
2588, 2626 - Legendarische, schatrijke koning |
Everdingen
3997 - Plaatsje, Everdingen aan de Lek in de buurt van Vianen, Zuid-Holland (?) |
Fyrapeel (Firapeel)
3394, 3405, 3437, 3468, 3694, 3708, 3732, 5230 - Luipaard: ‘mooivel’ |
| |
| |
Geeft my
4552 - familielid van Mertijn te Rome: ‘Geef-me’ |
Gelis
2944 - Magister, autoriteit op het gebied van kerkelijk recht |
Ghent
102, 2284 - Gent, stad in het oosten van Vlaanderen, in de middeleeuwen een belangrijke economische macht door zijn bloeiende lakenindustrie |
Greep-snel
4552 - familielid van Mertijn te Rome: ‘Snaaier’ |
Grieken
5549 - Griekenland (in het bijzonder Sparta, het koninkrijk van Menelaus) |
Grymbaert (Grymbart, Grymbeert, Grymbert)
185, 311, 1351-1497, 1678-1775, 1918, 2252, 2280, 2304, 3755-3912, 3925, 3931, 4117, 4407, 6771, 7388 - Das, neef van Reynaert |
Hatenet (Haetneet)
5145, 5160, 7392 - Apin, dochter van Rukenau en Mertijn: ‘netenhaatster’ |
Hector
5524 - Oudste zoon van koning Priamus van Troje |
Helene (Helenen)
5549, 5554 - Helena, echtgenote van koning Menelaus van Sparta, geschaakt door prins Paris van Troje |
Helre broeck
6882 - Plaatsje aan het water, Hellebroek nabij Bellum in Vlaanderen (?) |
Herman
4511 - Provisor, deed Reynaert in de ban |
Herri
1881 - Ezel |
heylighe lant
7186 - Israël |
Hijfte
2283 - Dorp ten noordoosten van Gent in Vlaanderen (ongeveer bij het huidige Lochristi) |
Hollant
329 - Het graafschap Holland (het huidige Noord- en Zuid-Holland) |
Honthorst
3997 - Plaatsje, Hondhorst in Zuid-Holland (?) |
Huge mitten crommen been
818 - Dorpeling |
| |
| |
Hulsterlo (Hulsteloo)
2598, 2677, 3723, 6725 - Bosrijke (bedevaart)plaats ten oosten van Hulst, in het graafschap Vlaanderen (ongeveer bij het huidige Nieuw-Namen) |
India
5454 - Indië, land in het verre oosten |
Jordaen
2654 - Rivier in het Heilige Land |
Julocke (Julocken)
784, 833, 867, 1267, 1289, 1308, 1315 - Pastoorsvrouw: ‘jou lok ik’ |
Julocke vander after poorten
844 - Dorpsvrouw, moeder van Macop: ‘jou-lok-ik van het aarsgat’ |
Juno
5500, 5512 - Godin, neemt deel aan het Paris-oordeel |
Kockaert (Koekaert)
3366, 3376 - Niet nader aangeduid dier, klerk van Nobel |
Kolen (Colen)
2644, 4364 - Keulen in Noordrijn-Westfalen |
Kriekenpit
2601, 2608, 2615, 2647, 2674, 3168, 3723 - Bron (kreekput) even ten zuidwesten van Hulsterlo |
Kuwaert (Cuwert, Kuwaerts, Kuwart, Kuwarts, Kuweerd, Kuwert, Kuwerts)
146, 166, 171, 255, 2657-2705, 2747, 3053, 3054, 3078-3132, 3223-3269, 3299, 3328, 3333, 3382, 3429, 3981, 4125, 4698, 5241, 5261, 5270, 5900, 5914, 6180, 6190 - Haas: ‘lafaard’ |
Lampreel
3505, 4440, 4465, 4475, 4659 - Konijn, klaagt Reynaert aan |
Lantfreit (Lantfreits, Lantfreyt)
653, 694, 698, 747, 757, 761, 766, 775, 807, 825, 842, 851, 897, 912, 940, 946, 960, 1842 - Dorpeling, timmerman |
Leye
2653 - Leie, rivier die zich vanuit het westen te Gent met de Schelde verenigt |
Lioen (Lyoen, Lyon)
1037, 1855, 3398, 3749 - alternatieve eigennaam voor Nobel: ‘Leeuw’ |
Losevont
2958 - Provisoor, staat boven Bellijn in de kerkelijke hiërarchie: ‘slimme truc’ |
Ludolf mitter breder nese
819 - Dorpeling |
Luyster-wel
4551 - Verwant van Mertijn te Rome: ‘luistert goed’ |
| |
| |
Macop
846 - Dorpeling: ‘sufferd’ |
Madock
1 - Naam van een eerder door Willem, de schijnbare auteur, geschreven verhaal |
Mapertuus (Maperthuus)
301, 535, 537, 542, 564, 1067, 1088, 1377, 1396, 1469, 3073, 3516, 3747, 3759, 3775, 7738 - Sterkste burcht van Reynaert: ‘kwaad hol’ (Fr. Malpertuis, Maupertuis) |
Maradigas
5594 - koning, romanpersonage uit de Cleomadès van Adenet le Roi |
Menelaus
5555 - koning van Sparta, echtgenoot van Helena |
Mertijn
4413, 4540, 6851 - Aap, advocaat van de bisschop van Kamerijk, oom van Reynaert, getrouwd met Rukenau |
Mertynet (Martinet, Meertynet, Mertinet)
1192, 1233, 1236, 1248, 1263, 1273, 1297 - Pastoorszoon |
Moedecack
6647 - Duivelin |
Mompelier
1178, 5934 - Universiteitsstad in Zuid-Frankrijk |
Nobel
53, 1788, 2028, 2759, 3618 - Koning leeuw: ‘edele’ |
Oerdegale (Oordelgole)
5185, 7400 - Beverwijfje: ‘vuile krabster’ (?) |
Olewi
1871 - ooi, vrouw van Bellijn |
Oterum Langtee
825 - Dorpeling |
Oude(n) Rijn
2123 - rivier, in Zuid-Holland (?) |
Pallas
5500, 5516 - Godin, neemt deel aan het Parisoordeel |
Panthecrote (Panthegrote)
5191, 7400 - Otterwijfje |
Pantheer
1879 - Niet nader aangeduid dier, klaagt Reynaert aan |
Panther
134, 178 - Niet nader aangeduid dier (bever?), klaagt namens Kuwaert |
Panthera
5453, 5460, 5466 - de panter |
| |
| |
Parijs
2644 - de stad Parijs in Frankrijk |
Parijs (Paris)
5506, 5510, 5544, 5552 - Trojaanse prins, spreekt het Parisoordeel uit, ontvoert Helene |
Pavije
23 - De stad Pavia in Lombardije, plaats ver weg |
Pinte
337 - hen, dochter van Cantecleer 1: ‘kleurig geschilderde’ |
Portegael
650 - Vermoedelijk Portugal, ver land |
Prendeloor
2959 - Bisschop, staat boven Bellijn in kerkelijke hiërarchie: ‘neem het goud’ (Fr. Prende l'or) |
Prentout
4551 - verwant van Mertijn in Rome: ‘neem alles’ (Fr. Prende tout) |
Priamus
5523 - koning van Troje |
Provijn
4040 - Provins in Champagne (Frankrijk) |
Quanteskyeve
5200 - Apin, zus van Rukenau |
Rapiamus
2960 - Deken, staat boven Bellijn in kerkelijke hiërarchie: ‘roven wij’ (Lat.) |
Reynaerdijn
1453, 3882 - Vos, jongste zoon van Reynaert: ‘Reynaerdje’ |
Reynaert (Reinaert, Reyer, Reyers, Reynaerd, Reynaerde, Reyneerde, Reyneert, Reynert)
Passim - Vos, hoofdpersoon |
Reynaert 2
5764, 5777, 5790, 5953, 6000 - Vos, vader van Reynaert |
Reynaert 3
4473 - Vos, oudste zoon van Reynaert |
Risel
2284 - Rijssel (Lille) in Noord-Frankrijk, in de middeleeuwen behorend tot Vlaanderen |
Rijn
2689, 2692 - Hond, afwezig tijdens de hofdag |
Roseel (Rossel)
1457, 3882 - Vos, zoon van Reynaert, vernoemd naar de kleur van zijn pels: ‘kleine rode’ |
| |
| |
Rukenau (Rukenauwe, Rukenouwe)
4573, 4729, 5170, 5195, 5211, 5291, 6568, 6796, 6921, 7389, 7598 - Apin, echtgenote van Mertijn, tante van Reynaert: ‘flinke stank’ |
Rume
1953 - Wolf, terechtgestelde broer van Ysegrim: ‘ruimmaag’ |
Salomon
5053, 5586 - Salomo, koning van Israël, legendarisch vanwege zijn wijsheid |
Scalcvont
4552 - Verwant van Mertijn te Rome: ‘sluwe vondst’ |
Scerpenebbe (Scerpenebben)
3556, 3564, 3608, 3989 - wijfje van Corbout de roek: ‘scherpsnavel’ |
Seldensat
4959 - jonge wolf, kind van Ysegrim en Eerswijnde: ‘zelden verzadigd’ |
Senica
4757 - Seneca (eerste eeuw na Chr.), romeins filosoof, in de middeleeuwen autoriteit op moreel gebied |
Seth
5348 - derde zoon van Adam en Eva |
Sloppelcaerde (Sloppelkaerde)
2306, 5182, 7387, 7427 - dassenwijfje, vrouw van Grymbaert |
Slijndepier
4908 - Roek, zoon van Corbout en Scerpenebbe: ‘pierenverslinder’ |
Som
2461 - Somme, rivier in Noord-Frankrijk, door St. Quentin westwaarts stromend; ongeveer de westgrens van het Nederduits gebied |
Sproete
337 - Kip, dochter van Cantecleer 1, vernoemd naar haar verenkleed: ‘gevlekte’ |
Symoen
4548 - Oom van Mertijn in Rome: ‘beoefenaar van simonie’ |
Symonet die rike Vriess
2685 - Niet nader aangeduid personage, slaat vals geld te Kriekenpit |
Troye (Troeyen, Troyen)
5511, 5527, 5557 - Stad in Klein-Azië |
Tryer
5330 - Trier, stad aan de Moezel in Duitsland, stad van herkomst van Abrioen |
Tybert (Tibart, Tybaert, Tybart, Tybeert)
116, 135, 1034-1343, 1505, 1833, 1848, 1875, 1932-2024, 2061, 2269, 2282, 2800, 2813, 2914, 3371, 5754, 5764, 5771, 5776, 5788, 5810, 5815, 7615 - Kater |
| |
| |
Tyeselijn (Tyselijn)
2798, 2809 - Raaf |
Valoot, Cardenael van
4599 - Kardinaal, feitelijke machthebber in Rome: ‘veel muntmateriaal’, ‘Valuta’ (van: veel lood) |
Venus
5500, 5521, 5548, 5556 - Godin, neemt deel aan het Parisoordeel en wint |
Vermedoys
1546 - Landstreek Vermandois in Noord-Frankrijk |
Vestvalen
4040 - Westfalen, streek in Duitsland met Keulen als centrum |
Vlaenderen
2273, 2277, 2597 - Graafschap Vlaanderen |
Vriess
2685 - de Fries, toenaam van Simonet |
Vuylromp
5131, 5138, 5167, 7391 - Aap, zoon van Rukenau en Mertijn: ‘vuilromp’ |
Vyanoys
1545 - Niet nader aangeduide plaats, ligt in Vermedoys |
Widelancken
1953 - Wolf, terechtgestelde broer van Ysegrim: ‘wijdflank’ |
Willam
1 - Willem, naam die de auteur zichzelf geeft |
Ydelbalch
4959 - Jonge wolf, zoon van Ysegrim en Eerswijnde: ‘leegmaag’ |
Ysegrim (Isegrim, Isegrijm, Isegrym, Ysegrijm, Ysegrim, Ysegrims)
72, 74, 108, 179, 188-251, 1240, 1519-1645, 1876, 1933-2024, 2055, 2122, 2137, 2281, 2292, 2446-2504, 2723, 2799-2921, 2991, 3012, 3103, 3410-3480, 3658, 3709, 3807, 3810, 3971, 4002-4108, 4513, 4649, 4728, 4810, 4952, 5046, 5860, 5982, 6050-6125, 6249, 6361, 6459, 6526-6658, 6759, 6770, 6972-7370, 7444, 7454, 7614 - Wolf |
Zassen
2472, 2485 - Saksen in Noord-Duitsland, ten westen van de Elbe |
|
|