gust gils Val niet in het gat van de grap
Een traumaturg is iemand die zijn patiënten, lezers, klanten - hoe moet je ze noemen - een fictieve verschrikking voorhoudt om ze te genezen van de zogenaamde werkelijkheid, of soms omdat hij de werkelijkheid te vervelend of te irreëel vindt.
Gust Gils is een traumaturg (letterlijk een vervaardiger van trauma's), zo bekent hij zijn lezer in het 33e gedicht van de le afdeling (TRAUMATURG) van zijn nieuwe bundel Onzachte landing.
In de volgende afdeling - VERKEERD KEELGAT - is er sprake van allerlei ongelukjes. Zo kun je 's morgens in de spiegel een ander hoofd zien. Daar kan de dienst voor bevolking wel wat aan doen, maar als je je eigen lichaam niet herkent, is het problematischer. Oppassen dus met partnerruil. Of vragen naar de effecten van volle maan tijdens de menstruatle; of mensen die hun anus verzegelen met een glazen schroefstop met gloeilamp - hoe gaat dat met zitten? Zo kan het leven je in je verkeerde keel gat schieten. Eerst heb je niks in de gaten, maar dan kijk je eens goed om je heen en dan is het gebeurd: je hebt gezien hoe het werkelijk is. Ogen sluiten helpt niet en terug in de moederschoot kan ook al niet.
In deze afdeling staat ook DE MIZANTROOP (p. 59). De dichter droeg het op 23 augustus j.l. in Groningen op een festival met veel succes voor. Hij was gekleed in een fel glimmend, hardgekleurd, bijna lichtgevend hemd en dat paste heel goed bij de absurdistische verzen. Het publiek onderbrak hem vaak met applaus. Hij leest goed; sardonisch zou ik zijn lezen willen noemen.
toen de hatelijke beenhouwer
in zijn deuropening verscheen
de kleine menigte hem toe te juichen:
waardoor hij pas voorgoed razend werd
zo hoefde hij toch niet te laten tornen zeker
aan de zin van zijn bestaan!
na het bloedbad verontwaardigd
aan de polisie zou verklaren
Uit deze nieuwe bundel las hij ook PROTECTIVE MIMICRY, MASOCHIST NEEMT SNIPPERDAG, SLECHTE RAAD IS MINDER DUUR, DE WIJZERGEWORDEN MASSA; op het eerst genoemde gedicht na alle uit de tweede afdeling.
De laatste afdeling ANTILICHAAM bestaat dan ook uit gedichten die in 't algemeen wat moeilijker op te pakken zijn. Vaak heeft het thema hier met schizofrenie te maken: de confrontatie met jezelf, die natuurlijk ook via de ander kan komen. Veel van de gedichten gaan over de vrouw of het ontbreken van de vrouw, zoals het titelgedicht: