poweetjes
■ Oostvlaamse literaire monografieen, deel II
In 1977 verscheen het eerste deel in de reeks ‘Oostvlaamse Literaire Monografieën’. De bedoeling van de reeks was - en is nog steeds - te verhelpen aan de enorme leemtes die er nog altijd zijn in de studie van de Vlaamse literatuur. Naast de talloze werken en werkjes die reeds bestaan over een veeleer beperkt aantal ‘vooraanstaande’ figuren - denken we bijvoorbeeld maar aan Van de Woestijne, Buysse, De Pillecijn, Daisne of Boon - bleken namelijk niet veel meer dan wat losse gegevens beschikbaar voor de grote raeerderheid van de Vlaamse auteurs. De eerste bundel bevatte dan ook monografieën over ‘'t Fonteintje’, de Vlaamse Poëziedagen - de reeks blijft dus niet tot individuele auteurs beperkt - Paul de Ryck, Paul Rogghe en Adolf Herckenrath.
En zoals gepland is nu, precies een jaar na het eerste deel - ondanks de moeilijkheden die bij de konkrete uitwerking van de plannen rezen - het tweede deel verschenen. De nieuwe bundel bevat zes monografieen, namelijk over Herman Uyttersprot, Claude van de Berge, Leo Mets, Adriaan Magerraan, Daan Boens en Jan Vercammen.
De bijdrage over prof. Herman Uyttersprot werd geschreven door Jose De Poortere. Met Uyttersprot wordt hier voor het eerst in het kader van de ‘Monografieën’ een essayist besproken, maar het is dan ook een essayist van formaat, getuige de talrijke binnen- en buitenlandse onderscheidingen die hij mocht ontvangen voor zijn studies over een aantal grote figuren uit de Duitse literatuur, zoals von Kleist, Heine, Rilke, Kafka en Brecht, en de sterk op Duitsland gericht Van Ostaijen.
Nog een nieuwigheid in deze bundel is de monografie over een figuur als Claude van de Berge, waarmee voor het eerst het rijk der jongeren in onze literatuur wordt betreden en geëxploreerd. Hugo Bousset gaf aan zijn monografie de titel ‘Schrijven met stilte’ mee. De ‘romans’ van Van de Berge worden dan ook beheerst door vereenzaming, verinnerlijking en de onmogelijkheid van echte en blijvende kommuni katie.
Roger Geerts typeert de romancier Leo Hets als auteur van ‘heiraatliteratuur’.
De laatste drie monografieen in de nieuwe bundel behandelen dichters. Armand van Assche belicht het leven en werk van Adriaan Magerman, een vertegenwoordiger van de ‘verloren’ generatie, opgegroeid in de oorlogsjaren, wiens werk wordt gekenraerkt door intimisme en melancholie.
De eerste bundelsvan Daen Boens staan in het teken van het huroanisme en het pacifisme, dat zo typisch is voor de jaren na de eerste wereldoorlog. Boens' werk wordt gekenmerkt door een klassieke vormbeheersing en diepraenselijke tenia's.
Auteur van de bijdrage over Daan Boens is Jan Vercammen, die op zijn beurt besproken wordt in de monografie van Bert Leyns. Vertrekkend van het humanitair-expressionisme, vond Vercammen stilaan zijn eigen weg, los van elke strekking of stroming. Drie universele tema's beheersen zijn werk: het kind, de vrouw en de dood.
Zo zien de ‘Oostvlaamse Literaire Monografieën’ voor 1978 eruit. Nu is het wachten op de uitgave van 1979, waarvoor volgende auteurs voor bespreking in aanmerking komen: Maurits De Doncker, Gery Helderenberg, Marnix van Gavere, Firmin van Hecke, Michel van Vlaanderen, Fernand Handtpoorter, Prosper De Smet, Jef De Belder, Willy Roggeman en Jo Verbrugghen. Intussen blijft de Provincie evenwel niet werkloos op het vlak van de literatuur. Zo wordt momenteel gewerkt aan een overzichtstentoonstelling van de literatuur in Oost-Vlaanderen sinds ca. 1850, aan een ‘Oostvlaams Literair Lexikon’ en aan een aantal literaire bandopnamen.
Tot slot nog enkele praktische opmerkingen i.v.m, de ‘Oostvlaamse Literaire Monografieën’ 1978: de volledige bundel telt 200 blz (32 blz. per monografie, waarin telkens een essayistische inleiding, een biografische nota, een bibliografie en een bloemlezing), kost 200 F en bevat per monografie, 4 blz. buitentekstillustratie. Daarnaast wordt van elke monografie afzonderlijk een aparte oplage- in-overdruk ter beschikking gesteld tegen 70 F per deeltje.
Zowel de bundel als de afzonderlijke deeltjes kunnen besteld worden bij de Provinciale Kultuurdienst, Bisdomplein 3 te 9000 Gent, ofwel door storting van het bedrag op postrekeningnumraer 000-0090762-67 van de Provincie Oost-Vlaanderen, Verkoop Druksels, Griffie, Gouvernementstraat 1, Gent.