Piet Calis
De dans van Louis
Piet Calis (1936) is literatuurhistoricus.
Het moet een herinnering aan zijn jeugd zijn geweest, waarin zijn vader, die scheepskapitein was, hem meenam op tochten naar de havens van Hamburg, Antwerpen en Londen en hem vertelde over de reizen die hij geregeld naar Zuid-Amerika maakte. Die reizen riepen bij de opgroeiende Louis Lehmann dromen op over een andere, meer opwindende wereld dan waarmee hij in zijn woonplaats Overschie te maken kreeg. In zijn vers ‘Buenos Aires voor het gebruik’, opgenomen in de bundel Vluchtige steden (en zo) (1996), schrijft hij:
Tunnels naar ver! Een bracht mijn vader vaak
uit Bunezères (zeetaal). Imposant
die Rivadavia huisnummers, want
tot in tienduizenden. Niet zo 't gekraak
van schillen van veel pinda's bij het bier
in de cafés daar, op de vloer in lagen.
Damesorkesten met zingende zagen
ook niet. Maar dan beloofde hij soms hier
wat uit een and're tunnel komen zou;
de tango, klankvlaag uit een stad zo grauw
door 't onbevredigend vaderverhaal.
Geruchten, twee, nu één, waarin 'k nog vind
een barse charme voor een zeeportaal
naar pampa's, paarden, treurnis en veel wind.
Een veelzeggend sonnet! Wat Louis Lehmann zich uit de verhalen van zijn vader herinnerde, waren de huisnummers tot op kosmische hoogte en andere verschijnselen uit het dagelijks leven van Buenos Aires, en daarnaast vooral de tango die een eigen wereld lijkt te vertegenwoordigen. Geen wereld van alleen sensualiteit, van zwoele blikken en opwaaiende jurken, maar ook van ‘pampa's, paarden, treurnis en veel wind’. Die vermenging van zinnenlust, vitaliteit en de tragiek van het bestaan, zo typerend voor de tango, zal Louis Lehmann enorm hebben geboeid.
Tekening Louis Lehmann.
In latere jaren kwam ik hem op allerlei feestjes tegen, waar hij graag met zijn geliefde Alida Beekhuis danste. Hij deed dat met een ernstig gezicht - heel anders dan ikzelf die me graag in uitgelaten plezier verlies. Voor hem was de dans duidelijk een ritueel! Die ernst tijdens het dansen deed me denken aan de tango's die ik op de dansvloeren van Buenos Aires had bewonderd, waarbij soms mannen van zeventig, tachtig jaar hun partners in een spel van onnavolgbare bewegingen op het obsederende ritme van de muziek naar een andere wereld lijken te loodsen.
Louis danste graag. Tot op hoge leeftijd heb ik hem met hartstocht zien dansen. Pas de laatste keer, kort vóór zijn dood, moest hij zittend de hulde die hem en zijn poëzie gebracht werd, in ontvangst nemen.
Zijn uitvaart in januari 2013 was typerend voor hem. Ook die verliep volgens een ritueel op de wijze van de dans: geen zware woorden of gebaren, maar alles in een ritme dat de verborgen passie van zijn persoonlijkheid op onvergetelijke wijze accentueerde.