Opwaartsche Wegen. Jaargang 13(1935-1936)– [tijdschrift] Opwaartsche Wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 274] [p. 274] Bij Kazimierz Zielinski's dood Jan H. de Groot Men vond hem dood aan de rand van een beek toen hij op een skitocht in de Hohe Tatra zich van zijn gezellen afscheidde om te drinken. Een tijger doodt geen hert terwijl het drinkt. Hij steekt zijn muil terzijde in het water. Maar diep in 't schuttend woud vaart later zacht doodsgereutel op dat snel verklinkt. Maar gij sprongt laf de sprong van een verrader. Toen smeltsneeuw druipend naar de bron hem lokte en hij overboog naar 't water. En dronk en dronk en niet meer vluchten kon. O schrikkelijke dood, er is geen vriendenhand, die u te reiken valt van uit dit levend land, geen vrede die uw komst vroom gaat begroeten. Maar felle opstand God tegen uw afgezant. En duizelende angst om de afgrondsrand waar overheen wij naar U vluchten moeten. Vorige Volgende