Opwaartsche Wegen. Jaargang 5(1927-1928)– [tijdschrift] Opwaartsche Wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 49] [p. 49] Bij het kruis door Willem de Mérode. Clamans voce magna. Gij roept, maar wie durft U te roepen, O Majesteit aan 't barre kruis? Ik sta te midden van de troepen En het hartstochtelijk gespuis: De Farizeeërs met de woorden Van God en Mozes in den mond, En 't schuim dat U in 't sterven stoorde, Als waart Ge een uitgeworpen hond. Wie roept U aan, in uw geschonden Ornaat, schoon nog vol hoogen gloed, Koning vol wonden, Koning vol bloed! Vreesachtig, nu de nacht gaat dalen, En niemand mijn ontroering ziet, Durf ik Uw bangen kreet herhalen, En roep: God! God! vergeet mij niet! Hoort Gij mij? kunt Gij in uw lijden Nog letten op wat ik begeer? Gij doet met macht de wolken scheiden En zegt geduldig; zie Uw Heer! Zie zonder vrees naar Mijn geschonden Gelaat in doodelijken gloed. Uw Heer, vol wonden, Uw Heer, vol bloed! [pagina 50] [p. 50] Ik zie U, Heer, láát men mij grijpen, En als Uw volger, scheldend slaan, En huilend met de touwen knijpen En sleuren om naast U te staan. Scherp steekt het paard de felle horzel Om buit van 't zoete levensbloed, En druiven perst men graag te morzel, Die sappig zijn en heet van gloed. Hoe eerder in den dood gezonden, Hoe eerder ik U weer ontmoet, Koning vol wonden, Koning vol bloed! Helaas, 'k bèn niet gestompt, bespogen, De dronkenen van dollen haat Schudden hun vuisten voor Uw oogen, Hun blik schiet vuur naar Uw gelaat, Uw wang ontverwt, Uw oogen vallen, Ik zie 't verstijven van Uw leên.... Ik hoor de koopren hoornen schallen, Krijgsvolk en kijkers stroomen heen. Maar in dees korte stille stonde Streef ik Uw rusten tegemoet, Koning vol wonden, Koning vol bloed! O troost, die van Uw groote rusten Naar 't hijgen van ons wezen vliet. Er is geen jagen meer van lusten, En dóód is eindelijk 't verdriet. Gij hebt, een boek met zeven zegels, Voorgoed 't oud leven dicht gedaan. Eens, samen, lezen wij de regels, Verlosser en verloste uit waan. Voor eeuwig ben ik U verbonden, Ge ontsteekt mijn hart in hemelgloed, Koning vol wonden, Koning vol bloed! Vorige Volgende