Harnack zelf daarentegen wijst beslist af elke vereenzelviging van Christendom met welk theoretisch systeem daarvan ook. Het evangelie van Christus brengt ons in aanraking met den levenden God; niets anders; niets meer (bl. 246-8).
James Orr echter, de apologeet en professor der Vrije Universiteit te Glasgow, en, naar ik geloof, nog al in eere aan de V.U. te Amsterdam, meent dat de kerk zich aan de confessie heeft te houden. Sceptisch staat hij tegenover wat heet: ‘resultaten der wetenschap’, niet tegenover het geloof der kerk, want dit ligt compleet voor ons in het onderwijs der heilige schrift. Niet alleen wil hij onveranderd vasthouden aan de z.g.n. Apostolische geloofsbelijdenis, maar ook aan alle voornaamste leerstukken der kerk. Hij eindigt aldus: ‘Dit alles is, zonder twijfel, verschrikkelijk ouderwetsch. Het zij zoo: de tijd zal leeren of het waar dan valsch is’ (bl. 79).
Uit ons land vernemen we twee stemmen, en welbekende.
Prof. Jhr. B.H.C.K. van der Wijck wijst er op dat de Engelschen en Hollanders een groot deel hunner energie danken aan hun bekendheid met den bijbel. Doch de dominees mishandelen den bijbel te zeer, terwijl de dogmatiek dien onkenbaar maakt. Ten slotte pleit hij voor een breede basis van de kerkleer en voor inwilliging van Lincoln's eisch (bl. 377-9).
Uitvoeriger is het advies van prof. W. van der Vlugt. Hij noemt het een principieele fout dat de kerkleer zich te zeer vereenzelvigd heeft met onze kennis der natuur. Want toen deze op paden ging waar de theologie haar niet kon volgen, verloor de laatste allen vasten grond. Had de theologie zich meer geworpen op het innerlijke leven en op de onzienlijke wereld met hare zedelijke eischen, zij zou in de tegenwoordige impasse niet zijn geraakt. De goedbedoelde pogingen om het evangelie en de resultaten der wetenschap met elkaar te verzoenen, helpen haar daar niet uit. Liever zij van weerskanten erkend dat èn religie èn wetenschap eigenheerlijk zijn, en hun eigen sfeer scheppen. Doch, in ons land tenminste, zijn we reeds door den onguursten tijd heen. Laat men nu echter oppassen voor te haastigen wederopbouw, voor vereenvoudiging, èn voor Lincoln's recept! Want opent gij daardoor de ééne kerkdeur voor buitenstaanders, door de andere deur dierzelfde kerk jaagt gij getrouwe leden er uit. Waarom niet erkend dat in het ongelooflijk-rijke evangelie verschillende opvattingen zijn, beantwoordende aan onderscheidene geesteshoudingen? In het Christendom, in Christus zijn zeer vele kanten, die niet één alle