Ontmoeting. Jaargang 1(1946-1947)– [tijdschrift] Ontmoeting– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 214] [p. 214] Lidy van Eijsselsteijn Herkenning De Eenzaamheid stond aan mijn raam. Zij zei: ‘Ik ben hier, doe mij open, doe open, zie mij aan - Hoe ver je voeten gaan, mij kun je nimmer ontloopen. Luister: eens zag ik je dansend door je kinderland gaan. Je zag mij, en schuw bleef je staan - En ik heb je gegroet, en bemind, en kuste je oogen, kind - Ik ben het, die iedere waan stuk sla met eigen handen, ik ontbind je van alle banden. Herken mij. Zie mij aan.’ In den nacht ben ik opgestaan en deed het venster open. Daar was geen ster noch maan, slechts jagende wolken aan de lucht, en regen in stroomen. Van de zwaarbeladen boomen zag ik de vruchten gaan. Waar de late rozen staan zijn ze bonzend neergekomen in bloedend breken aan aarde en steen en vergaan - en daar was geen ontkomen. Ik scheurde de laatste droomen. Ik zag de Eenzaamheid aan. Vorige Volgende