Ontwaking & Nieuw Leven. Nieuwe reeks. Jaargang 10(1910)– [tijdschrift] Ontwaking– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdMaandschrift voor sociologie, kunst en wetenschap Vorige Volgende [pagina 72] [p. 72] Twee Lentesonnetten I Voelt gij niet de innigheid van elk geluid dat opstijgt in den zilvren lentedag? 't Is lijk de schuchtre en stil-verliefde lach ter maagdelijke lippen van een bruid; - zij, die als kind het lachend leven zag nu breidt het smachtend, lokkende armen uit, en zij, gelukkig, huivrend van ontzag voor 't onbekende, lacht en stamelend ontsluit haar zeedge mond zich tot een lieflijk woord, dat, heemlen-oopnend, bruigoms hert bekoort; - zoo spreekt, nog aarzlend, stil, maar wonder-diep, de ontwakende Aard, die lang al droomloos sliep, nog maar door dichtren, lijk in droom, verstaan, den wonder-schoonen blonden Meigod aan... II O 't frisch gezang der vogels, en de lach der lieve zon in 't lichtrijk luchtpaleis, heel de Aarde éen bloeiend bloemenparadijs, éen schatrijk feest, den blije Meiedag [pagina 73] [p. 73] doorvlindrend met zijn gouden vreugdevlag; o al de menschen, moede en droef en wijs, nu wandlend blijde in kommerlooze peis of nimmer leed hun oog vol tranen zag, lachend als kindren luid hun blijheid uit, of overal, vóor 's hemels aangezicht, fluisterend liedren vol verliefd geluid, klare fonteinen spruiten in het licht... O lente, lente, werelds blijde Bruid, waarvoor ik thans, in stille aanbidding, dicht... RICHARD DE CNEUDT. Vorige Volgende