Ontwaking. Nieuwe reeks. Jaargang 6(1906)– [tijdschrift] Ontwaking– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdMaandschrift voor sociologie, kunst en wetenschap Vorige Volgende [pagina 92] [p. 92] Platanen Ze staan in ronde dicht te gaar, Hun dikke, veelbejaarde stammen Als pijlers rechtop naast elkaar. Vertrouwlijk strenglen zich van zelf Hun breede takken in elkander, Zoo schijnen z'één slechts met hun elf. Ze vormen saâm een hooge hal, Een groot, groen dak, waaronder luide Weerklinkt der vogelen geschal. En midden in den blarenval, Daar lacht en trilt bij lentewonne De lieve zon er overal. [pagina 93] [p. 93] Zóo, met elkander opgegroeid, Streelt hen dezelfde lach der zonne, Wijl 't eigenst lied er welt en stoeit. En immer zendt hun elk getij Dezelfde vlaag en droeve dagen; Dezelfde wolk trekt hen voorbij. Steeds minnend staan ze zij aan zij, Ineengestrengeld, vast en trouwe, En buigen niet, doch heffen blij De kruine, zelfs bij stormig weer. Zoo blijven z'inniglijk verbonden En kruisen d'armen langs om meer. Siska van Daelen. Vorige Volgende