in de rand
Het ontwerp van het Werkprogramma van de Nederlandse Katholieke Volkspartij werd enige weken geleden bekend gemaakt. Het vermeldt op blz. 34 onder de titel Kultuurpolitiek een programmapunt waarover wij ons in het bijzonder verheugd hebben.
Het luidt als volgt: ‘Bevordering van de internationale kulturele betrekkingen, allereerst in het ressort van eenzelfde taal- en kultuurgemeenschap (Vlaanderen, Noord-Frankrijk) onder meer door het sluiten van kulturele verdragen, het aktief deelnemen aan het internationale organisatieleven op dit gebied en de uitwisseling van docenten en studenten.’
U hebt goed gelezen: Noord-Frankrijk of Frans-Vlaanderen wordt uitdrukkelijk genoemd.
Onze eerste reactie is een gevoel van dankbaarheid jegens de partijleiding van de K.V.P. en degenen die haar in gunstige zin geadviseerd hebben. Het is normaal dat leden van eenzelfde taalgemeenschap, ook als ze tot verschillende staten behoren, op kultureel gebied samenwerken en elkander ondersteunen. De Franse taalgemeenschap heeft ons daarin het goede voorbeeld gegeven. Maar het normale in te voeren kan toch een ongewone inspanning vergen. De houding van de K.V.P. is er des te verdienstelijker om.
Ten tweede vleien wij ons met de hoop dat alle partijen in Nederland, ook in België en Frankrijk, die hun activiteit over Nederlands taalgebied uitoefenen, dezelfde kulturele doelstelling in hun programma zullen inschrijven. In het Verenigd Europa zal het staatsnationalisme van de 19e eeuw geen zin meer hebben. Er hoeft dus niet gevreesd te worden voor irredentistische bewegingen. De Nederlandssprekenden zullen hun onderscheiden nationaliteit behouden en terzelfder tijd Europeërs worden. Dat zij meteen als kultuurgemeenschap naar elkander toegroeien kan voor niemand een nadeel betekenen. Of we zouden moeten veronderstellen dat er andere volkeren zijn die hun eigen aard en taal willen ontnemen. Vroeger mag dat het geval geweest zijn. Nu is dat verouderd en van ruimdenkende mensen onwaardig. De schoonheid en waarde van de Europese beschaving ligt in een harmonie van verscheidenheden.
Die harmonische verscheidenheid is ten andere een waarborg voor de eenheid. In een Verenigd Europa zal een der moeilijkheden het machtsoverwicht der grote natiën zijn. Opdat Europa daarvan niet het slachtoffer zou worden, is het aan te raden naar een federalistische organisatie van ons werelddeel te streven en tegelijk een geïnstitutioneerde bescherming van de volkerengemeenschappen te voorzien. Alleen op die grondslag zal het algemeen belang, tegen alle imperialistische tendenzen in, gevrijwaard blijven. Wij hopen dat alle partijen, die voor een Verenigd Europa opkomen, op dat standpunt zullen staan.
ANDRE DEMEDTS