O God! verlaat mijn Neêrland niet(ca. 1830)–Anoniem O God! verlaat mijn Neêrland niet– Auteursrechtvrij Vorige [pagina 1] [p. 1] O God! verlaat mijn Neêrland niet. O Nederland! 'k breng u mijn hulde! U, land van vrijheid en van kracht Ik wijd aan u mijn leven, En 't doel van al mijn streven, Het is uw eer, uw heil, uw macht, O heerlijk Nederland! O gij, mijn land! wat van Gods hand Mijn hart begeert zegt u mijn lied O Heer, o Heer verlaat mijn Neerland niet b. Verlaat mijn Neerland niet koor. O Heer o Heer verlaat mijn Neerland niet b. Al dreigt de zee u met haar golven, Als aan uw kust de stormwind woedt, Ik zie getroost naar boven. En blijft van God gelooven, Dat Zijne liefde u behoedt, O heerlijk Nederland! [pagina 2] [p. 2] 't Gelukkigst lot wacht ik van God Want wat geschied', Hij hoort mijn lied; O Heer, o Heer verlaat mijn Neerland niet Verlaat mijn Neerland niet! b. koor. O Heer o Heer verlaat mijn Neerland niet b. Waar ooit in 't strijdperk met den vijand Gevloeid heeft Neerlands dierbaar bloed Was 't woord van hen die vielen, Om d' andren te bezielen: ‘Op! broeders! op! staat pal! met moed ‘Gestreen voor 't vaderland! ‘En 't zij gij leeft hetzij gij sneeft, Vergeet het niet ons laatste lied: ‘O Heer o Heer verlaat mijn Neerland niet b. Verlaat mijn Neerland niet. koor O Heer, o Heer verlaat mijn Neerland niet b. Slaat eens aan d'eindpaal van mijn leven. Het uur waarin de dood mij wenkt, Dat zijn mijn laatste bede, Dat God alom den vrede, Aan 't vaderland zijn zegen schenkt, Aan 't heerlijk Nederland! Der englen rij stemm' in met mij! En aller lied zij 't heilig lied: O Heer, o Heer verlaat mijn Neerland niet b. Verlaat mijn Neerland niet! koor. O Heer, o Heer verlaat mijn Neerland niet b. Vorige