Nieuwe geestelycke liedekens, tot godtvruchtig gebruyck der jonckheydt in den catechismus(1740)–Anoniem Nieuwe geestelycke liedekens, tot godtvruchtig gebruyck der jonckheydt in den catechismus– Auteursrechtvrij Vorige Volgende 67. Liedeken. Het geluck van te gaen tot de H. Communie. Stemme: O goeden Godt, uw' liefde, die soo blaekt. 1.[regelnummer] KOmt Jonckheydt, komt tot t'Goddelyck banket, En siet, wat spys dat u wordt voorgeset: En looft den Heer, die u veel beter voedt, Als Moeder oyt haer eygen kindtjen doet. 2.[regelnummer] Noyt Engel, die aen dese taeffel sat, Noyt Engel van dit Heyligh Broodt en at: Komt menschen, leert hier achten uw geluck, [pagina 105] [p. 105] En leert hier uw' geloof van stuck, tot stuck. 3.[regelnummer] Het gene gy hier smaekt, dat gy hier siet, En syn maer broodts-gedaenten, anders niet: Waer onder t'Lichaem Christi gy ontfanght, Daer Hemel, en daer Aerde naer verlanght. 4.[regelnummer] Leert, wat de kracht van maer vyf woorden doet; Verandert Broodt in Vleesch, en Wyn in Bloedt: Soo haest dees woorden maer gesproken syn, En vindt men daer niet meer noch Broodt, noch Wyn. 5.[regelnummer] Siet, hoe de sinnen hier bedroegen staen; Geen diep verstant en kan soo verre gaen: Al mist den smaek, den reuk, den tast, t'gesicht, t'Geloof alleen is, dat ons hier verlicht. 6.[regelnummer] t'Is Christus, die gy nut, des herten wensch, Hy is waerachtigh Godt, waerachtigh mensch, [pagina 106] [p. 106] Gelyck hy sit aen s'Vaders rechterhandt, Al gaet dit verr' te boven ons verstandt. Vorige Volgende