Nieuwe geestelycke liedekens, tot godtvruchtig gebruyck der jonckheydt in den catechismus
(1740)–Anoniem Nieuwe geestelycke liedekens, tot godtvruchtig gebruyck der jonckheydt in den catechismus– Auteursrechtvrij
[pagina 73]
| |
t'Lam heeft doen de Schaepen leven,
Op-gedraegen sich voor pandt:
Christus heeft van synen Vader
Weer-gekoght ons eeuwigh goedt,
En de sondaers alle-gader
Heeft versoent t'onnoosel bloedt.
2.[regelnummer]
Wonderlyck de doodt en t'leven
Hebben aen-gegaen den strydt;
Maer gy winnaer syt gebleven,
Die van t'leven leydtsman syt:
Al hebt gy gevoelt doodts schichten,
Syt haer heerschappy ontgaen;
Voor u moet haer macht nu swichten,
Die syt winnaer op-gestaen.
3.[regelnummer]
U, Maria, is verschenen
Christus uyt het graf ontstaen;
Al uw' droefheyt is verdwenen,
Als gy hem saeght-levend'-aen:
d'Engels hebben u gewesen
Syne doecken, ende kleedt;
Uwen Soon, schoon op-geresen,
Maekt voor ons den throon bereedt.
|
|