Een nieuw lied.
Op een Aangenaame Wys.
1.
Kom jonge Meisjes groot en klein,
Die zich hier laten vinden,
En wilt nu niet meer droevig zyn,
Om dat gy hebt geen beminden,
En houd maar moed het zal beter gaan,
Want ziet den stryd is haast gedaan. bis.
2[regelnummer]
De plaats is hier omtrent gesteld,
Gy hoeft niet ver te loopen,
Alwaar dat gy voor weinig geld,
Een schoon Minnaar kunt koopen,
Daarom zo eindigt uwe smart,
Wilt spoedig loopen naar de Mart. bis.
3[regelnummer]
Ey kyk! geboggelde Tryn voorwaar,
Ach! ziet haar maar eens lopen,
Zy heeft al twee Plaketten klaar,
Zy is verbleid dat dit gebeurd,
Want zeven Jaar heeft zy getreurd. bis.
4[regelnummer]
Kato en Griet hebben langen tyd,
Van een Minnaar gesproken,
Zy hebben hier gelyk men ziet,
Hun Spaarpot opengebroken,
Al zyn zy ook wat oud en styf,
Zy hebben gaarn tydverdryf. bis.
5[regelnummer]
Men ziet den Koopman belaaden staan,
Ach Meisjes wilt toch zo niet loopen,
De Markt is nog niet afgedaan,
Gy kunt nog Vreyers kopen,
Daarom wilt niet zo spoedig zyn,
Ik heb nog Jongmans groot en klein. bis.
6[regelnummer]
Neeltje de Linnenaaister goed,
Als zy dit kwam te hooren,
Toen is zy gezwind en met 'er spoed,
Zy gaf geen moed verlooren,
Haar Hembd heeft zy in de Lommert gebrogt,
Daar voor heeft zy een Minnaar gekogt. bis.
| |
7[regelnummer]
Hier ziet men nu de Meisjes al,
Zy komen met heele troupen,
Zy willen hier in alle geval,
Hun Geld hier aan versnoepen,
Daarom gezwind niet lang bedogt,
Den Koopman is haast uitverkogt. bis.
8[regelnummer]
De Meisjes uit de Stad Amsterdam,
Men ziet ze met heele hoopen,
Zy kunnen niet rusten by dag of nagt,
Zy willen een Jonkman kopen,
Want vryen durven zy zelven niet,
Dat is voor haar een groot verdriet. bis.
9[regelnummer]
Den Koopman durft in het geheel,
De Markt niet meer te genaken,
Hy roept had ik 'et maar zo veel,
Als ik 'er kwyt kon raken,
Want het is hier zo magtig schraal,
Dit ondervinden wy altemaal bis.
10[regelnummer]
Dat vroome Naatje hoort eens aan,
Toen is zy na de Markt gegaan,
Van droefheid groot maakt zy misbaar,
Dat zy kan koopen geen Minnaar.
11[regelnummer]
De Koopman die is nu aan 't end,
Ziet hoe hem du Meisjes plagen,
Zy moeten blyven in ellend,
Misschien krygt hy nog slagen,
Daarom wit maar naar huis toe gaan,
Want ziet de Markt is afgedaan. bis.
12[regelnummer]
Voor 't laatst dan Meisjes allegaar,
Die zig nu hier vergaaren,
En wilt maar op een ander Jaar,
Koop dan een Jonkman hups en fyn,
Hy zal uw helpen uit uw pyn.
Te Amsterdam, by J. WENDEL. op de Angeliersgragt.
|
|