Nieuwe verhandeling vande hoofsche welgemanierdheyt(1965)–Anoniem Nieuwe verhandeling vande hoofsche welgemanierdheyt– Auteursrechtelijk beschermd Inhoudsopgave Aan den Goedgunstigen Lezer. De Hoofsche Welleventheid, en Loffelyke Welgemaniertheid; By voortreffelyke Lieden gebruikelyk. I. Hoofdstuk. Wat de Welgemaniertheid zy. II. Hoofdstuk. Van het onderscheid der dingen, die volgens 't gebruik betamelyk, en onbetamelyk zyn. III. Hoofdstuk. Van het komen in 't Huis van een Groot Heer, en van het geene, daar men op te letten heeft aan de Poort, voor de Kamer &c. IV. Hoofdstuk. Om gehoor te hebben by een Groot Heer. V. Hoofdstuk. Van den Ommegang in een Gezelschap. VI. Hoofdstuk. Van het wandelen met een Groot Heer, en van het groeten. VII. Hoofdstuk. Dat men zig moet schikken na 't humeur, en de genegentheid van den Persoon van aanzien; en van de gevoegelykheid van kleding in 't gemeen. VIII. Hoofdstuk. Van 't gene men doen moet, wanneer een Persoon ons komt bezoeken, en wanneer wy hem moeten bezoeken. IX. Hoofdstuk. Van 't geene men waar moet nemen aan Tafel. X. Hoofdstuk. Van 't gene men in 't Spelen waar te nemen heeft. XI. Hoofdstuk. Van 't gene op een Baal waar te nemen is. XII. Hoofdstuk. Van zingen en spelen. XIII. Hoofdstuk. Van 't gene men waar te nemen heeft op de Reize in de Karosse, te Paarde, en op de Jagt. XIV. Hoofdstuk. Van 't gene men waarnemen moet in Brieven te schryven. XV. Hoofdstuk. Breeder bericht over 't schryven van Brieven. XVI. Hoofdstuk. Van de manier op welke men zig moet eere doen bewyzen. XVII. Hoofdstuk. Van de gewoonlyke Plechtigheden. XVIII. Hoofdstuk. Van de Styl in 't Spreeken en Redenkavelen. XIX. Hoofdstuk. Van onze natuurlyke Driften. XX. Hoofdstuk. Van de betamelyke zwier in onzen handel en bedryf. XXI. Hoofdstuk. Van al te grote beschroomtheid, met meer andere kleine lessen. XXII. Hoofdstuk. Het besluit van deze Verhandeling. Brief van Erasmus, Geschreven aan een Persoon die tegens zyn dank zig ten Hove moest begeven. Verklarende woordenlijst