Nieuw Vlaams Tijdschrift. Jaargang 35
(1982)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 973]
| |
[pagina 974]
| |
2.De horizon lijkt een thuis
een hallucinatie voor schepelingen
en wat verborgen bleef:
Het glas dat je omstootte
de inkt die uitliep,
de woorden die werden gewist.
| |
[pagina 975]
| |
Ringen en fluweelJe bent niet meer de stem die je hoort
of vastzet in touw
Je schrijft je verhaal niet meer
Je loopt weg uit het licht van een bos
Zonder schaduw sta je een droom te zijn
met tranen in de ogen
roest een spiegel je gezicht
Je loopt dingen na, houten geruis van
Ringen en fluweel, wat er nog schuilt
ruikt naar zee en bindt het woord zich
als water het papier
Iedere golfslag is een rimpel van leven
waar de wind zich naar richt,
zo fröbelt de dood landwaarts.
| |
[pagina 976]
| |
De stemDe stem te stillen
de mond te ronden
tot een steen
Geen kent er
de weg
Een schaduw in
het zand, de zon
er omheen.
| |
[pagina 977]
| |
VeerHet licht zwijgt
zo is het licht
Ik schud het hoofd
schud het licht
Ik snijd het oog
en keer een halve
horizon, tranen
slechten het water
Veer,
zet mij over
roep mij weer.
|
|