Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 19(1966)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 672] [p. 672] [Gedichten van Karel Jonckheere] Drie beelden van Brankoesj te Tirgoe-Jioe I. Tafel van stilte Naamloos genodigd zijn aan de tafel van stilte. Een rivier zwijgt voorbij, het gras groeit geen woord, een eik ontblaart het geheim van seizoenen Moedertaal aarde leer mij de les van het licht op de witstenen dis, spel mij de ziel van een stoel in zijn schaduw. [pagina 673] [p. 673] II. Eindeloze zuil Hoe steil een opgefloten slang haar ringen rekt ik ontdaan van voet en hand op bronzen wervels het lichtschap in. Hemels doel noch aardse weerhaak wieken noch goden. Glimlach uw naam is: niets. [pagina 674] [p. 674] III. Poort van de zoen Open plek in het bos volstrekt portaal. Lippen geschulpt om de gleuf acht monden in steen nabevend van de beitel. Poort van de zoen eeuwige schoot voor het stoten van vlagen. [pagina 675] [p. 675] Portret van een onbekende Zonder naam bestaan geen mensen maar gij hebt een gezicht verhoereerd aan een schilder. Gij grijnst in mijn macht: ik kan u in een snippermand gooien, u begraven in mijn woordenboek, u verbranden in mijn haard. Vijand, van ver prik ik uw ogen uit, domkop die ik uitlach, dichter die ik niet lezen wil, smeerlap bij vergissing gegroet. Ik beef in uw macht: gij kunt mijn zoon overrijden, zijn moeder onteren, mij geld afpersen, mij beschieten uit een zolderraam. Vriend, hoe haal ik u uit de gevangenis, waar vind ik u langs een verschansing, waar sta ik mijn plaats in de trein aan u af, in welke oorlog heb ik u bestreden, op welk kongres u niet beluisterd, voor welk lijk vergat ik mijn hoofd te ontbloten? [pagina 676] [p. 676] Waarom niet naast mij deze zomeravond, waarom stuurt ge mij geen postzegels op, waarom wilt gij niet: mijn ogen genezen, mijn hart vernieuwen, mijn belasting betalen, mij zeggen dal gij mijn dood hebt gezien? Geheim voor geheim: ik onthul uw geheim, vertel mij wie ik ben. KAREL JONCKHEERE Vorige Volgende