Medewerkers
Roger Binnemans werd in 1932 te Borgerhout geboren. Hij is werkzaam in het uitgeversbedrijf. Van 1953 tot 1960 was hij redactiesecretaris van Lektuurgids. Het thans in N.V.T. opgenomen fragment behoort, samen met reeds vroeger verschenen stukken, tot een prozageheel dat wellicht ooit in boekvorm verschijnt.
Herman de Coninck werd in 1944 te Mechelen geboren. Hij studeerde Germaanse filologie te Leuven en publiceerde gedichten in diverse literaire tijdschriften. Hij heeft een proefschrift over De poëziekritiek van Simon Vestdijk in voorbereiding.
Wam de Moor werd in 1936 te Zevenaar (Nederland) geboren. Hij is leraar Nederlands en Vrije Expressie, en literair criticus van De Gelderlander-Pers. Hij publiceerde Ik zoek mijn kind (toneel, 1964). De papieren long (gedichten, 1965) en verscheidene essays over J. van Oudshoorn. Richtte in 1964 het driemaandelijks tijdschriftje De Stokvisreeks op. Bijdragen verschenen in verschillende kranten en literaire periodieken.
Karel Leroux, in 1895 te Zaffelare geboren, behoort met Richard Minne, Raymond Herreman en Maurice Roelants tot de oprichters van het tijdschrift Het Fonteintje. Hij publiceerde o.m. de verzenbundel Van het beginsel des Levens (1917), het verhaal De barmhartige Samaritaan (1931) en een essay over Jozef Cantré (1946). Hij is tolk in het parlement en verzorgt in het dagblad Le Peuple een rubriek over Vlaamse literatuur.
Th. Oegema van der Wal werd in 1907 te Leeuwarden geboren. Hij studeerde letteren en wijsbegeerte te Groningen en psychologie te Parijs. Van hem verschenen de dichtbundels Verzen van een venter (1936), De stad en de stilte (1939) en De dichter en de melodie (1961). Op gebied van de psychologie publiceerde hij o.m.: Praktische kleurenpsychologie (1954), Over psychologie en persoonlijkheid (1955) en verder studies over De mens Descartes (1961) en Herman Teirlinck (1966).
Antoon Vloemans, geboren te Antwerpen in 1898, studeerde te Gent, Göttingen, Marburg en Berlijn. Zijn omvangrijk oeuvre bestaat uit geschriften over filosofische en pedagogische onderwerpen. In 1956 werd hij bekroond met de Vijfjaarlijkse Staatsprijs voor Kritiek en Essay. Bekroond werden: Cultuurgeschiedenis van Europa (1954) en Wijsgerige levensleer (1952).