Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 18(1965)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 745] [p. 745] verbeelding Een boodschap! Een boodschap Stilte! Ik heb een boodschap! Een boodschap voor dit stuk papier. Kalm hand. Ballpoint. Gehoorzaam wezen. Kogeltje in het puntje! geen gemier. Oog! Niet zo heen en weer; niet lezen hoor. Maar stil! Ik heb een boodschap voor dit huis. Buren. Hou op met dat rond wentelen in bed. Je haren schuren zo tegen de muren, je lange hoofdhaar en je korte pluis kan ik van verbeelding niet verduren, ach tragisch praat het ongevraagde kruis. Maar stil! Ik heb een boodschap voor de stad, drie straten ver, waar vreemdelingen onder het gevaarlijk voor uitluifelen der woeste huizen kwetsbaar schuifelen op zwarte schoenen, over droge dingen, en nauwelijks de hoek om of daar wachten ze al, verdraaid hun ogen weer op de mijne en op mijn gedachten achteloos teer draadloos [pagina 746] [p. 746] maar stil! Ik heb een boodschap voor het land, ik zie de schaduwen van wolken in de manen schijn langs berghellingen naar boven gaan en over de rand verdwijnen en stervenden het oogwit nog verlicht met ingehouden ziel verstomd verstijven om deze boodschap eindelijk in te lijven bij het verdwijnen van hun vergezicht maar stil ik heb een boodschap voor de aarde zachte warme knikker dat je bent aarde wie is van jouw met mens en bos behaarde oppervlak het vachtgenot bekend, het slaapfluweel, de ingeweven waarde maar stil. Ik heb een boodschap voor het heelal. Voor, van, het heelal en de sterren de vallende sterren tussen mijn opensperrende benen gaan ze beneden langs glijden ze tussen mijn beide dat kan niet heen en de maan is die al Hè dat was heerlijk zo te schrijven, heus het heelal bedoelen, en mij rijk van achterhoofd tot hielen voelen losgaan van het laken en naar buiten drijven door allebei de ramen tegelijk. LEO VROMAN Vorige Volgende