Nieuw Vlaams tijdschrift. Jaargang 17(1964)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 192] [p. 192] Drie gedichten Symptomen Soms wenkt een hand in een droom, een zwellend ritme in de ruimte en o die opstand bij het opstaan en die morgenzon, een scherf blind licht. Ik kom dan handen te kort om alle steden te verdelgen om elke liefde te bedrijven om elk landschap te beschrijven. Steeds op dezelfde ontstellende wijze word ik bevrijd van elke mening. In mijn eigen voetstappen wonend volgen de ogen van het landschap mijn onverstoorbare beweging. Ik ben een stipje op de horizon. Tussen ons blijft alles onbeslist. Je luistert niet. Je wordt bang. Ik steek een storm op. [pagina 193] [p. 193] Authenticiteit Wie de koele stap in het water heeft gezet, wie met de adem de grashalm heeft omgebogen, wie de fluisterende huid heeft bekend die ruikt naar het kruid van de geest, kent geen woorden meer. strenge weefgetouw der woorden verwekt zacht giechelende meisjes als schaduwen tussen bladeren. Wie de splitsing? De leugendetector zoemt verfrissend, een boottochtje dat eindigt in je handen. (Kent gij de dame in de vogelkooi?) Wie niet méér weet dan de kogel, een roeispaan misschien, gebroken, de aarde buiten haar omlijsting, blijft veroordeeld tot de haat. De aarde geurt als gek, als in de eerste dagen. [pagina 194] [p. 194] Haptisch Bakstenen Gotiek. Mijn traditie hapert. Betreffende de tastzin. Noem mij. De dorre schande. Een handvol verraad. De gehavende vriend. Siddering in zilver. De wonde ontstaat steeds gewapenderhand. Spreek rustig nu, alles is vergoed, alles is voorgoed ontstaan en onnoembaar als de deemoed. Verblindend zegt gij, kijk hoe het lichaam langzaam opstijgend reikt tot het zichtbare oppervlak, De geduldige palmen wachten op uw wuiven. Het wanhopige gebaar van het landschap. De kracht waarmee gij dit denkt is lichtend is verbazend licht en lichtend. Er komt geen eind aan uw tastbare glimlach. WILLEM M. ROGGEMAN Vorige Volgende