Nieuw Vlaams Tijdschrift. Jaargang 3(1948-1949)– [tijdschrift] Nieuw Vlaams Tijdschrift– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 404] [p. 404] Ik sterf van dorst Je meurs de soif auprès de la fontaine Ik sterf van dorst, ach moet ik dan verdwijnen, als elke dag mij duizend vreugden geeft en ik de smaak ken van de donkerrode wijnen, waarin de dronkenschap der zoete wijsheid steekt. Ik sterf van dorst, al schitteren robijnen in zonbeschenen dauw en peerlen in mijn lied, al kan ik domplen in geluk, ik moet verkwijnen aan 't knagen van de roep die nimmer vrede liet. De vreugde volgt geen koers, geluk is nooit een haven, waarin de blauwste boot, in diepe rust gemeerd, de gouden gaven van het leven kan ervaren - geluk is weemoed, kind, een zeer oud zeer. Vorige Volgende