maart 2009
Lievelingssteen
it's always ourselves we find in the sea
Toen was ik nog jong en bezonnen en de zon scheen overal op
en hij liet mij alles zien. Kijk, zei hij, dit is dit, dat is dat.
Op het dak blink ik, een haan bezorg ik een vuurrood spookoog.
Langs de weg groeiden toen brandnetels, braambossen, dwaalkruid.
In het dorre gras bij de kromme boom lag rot sponzig fruit
met de geur van zure cider en het venijnige gezoem
van zwartgeel gestreepte wespen. Stof
wolkte op, dorre bladeren maakten een rondedansje. De wind
deed toen, lang geleden god na en de wolken bootsten alles na
en werden daarom door de boze wind gestraft. De regen,
hard begonnen, zocht uiteindelijk zoetjes de goot.
Het water maakte van die gevoelige en droevige geluidjes
en de regenboog stond wel drieduizend meter hoog, boven de zee.
Bij de slordige vloedlijn een stuk hout met letters, geheimtaal, een vloek.
Dat moest terug vanwaar het kwam. Alles moest terug, de golven in,
de plank, de arme, vierarmige zeester, de vieze vis, de werkschoen vol zand.
Ze begonnen met duidelijke tegenzin aan een onduidelijke tocht.
Mocht alleen met mij mee een zwarte steen, koud en nat en rond,
hij vulde precies mijn hand.
Wim Hofman
‘Lievelingssteen’ zal in juni verschijnen in Op zekere dag ziet u plotsklaps de ware liefde, de nieuwe bundel van Wim Hofman die uitkomt bij Uitgeverij Em. Querido.