de ware en zuivere verwezenlijking van zijne één en ondeelbare persoonlijkheid.
Meer bevoegden zullen schrijven en hebben geschreven over het werk van Van Deyssel, ik vind in de hierboven aangeduide overweging voldoende verontschuldiging om enkele woorden te mogen wijden aan Dr. K. Alberdingk Thym als tafelpraeses bij een vriendenmaal.
Het tafelen is voor den jubilaris lang geen onverschillige bezigheid, ook hierin weet hij zijn eigen-aardige persoonlijkheid te leggen. Een generaal zal een gouden kraag verkiezen boven strepen op de mouw, niet omdat hij die kraag zooveel mooier of doelmatiger acht dan die strepen, maar, omdat bij zijne waardigheid zulk een kraag past. Zoo verlangt de heer Thym een menu van uitgelezen spijzen en dranken, niet zoozeer wegens hunne ongetwijfeld streelende eigenschappen voor het verhemelte, maar, omdat hij juist zulk een menu passend vindt bij de waardigheid van zijne persoonlijkheid.
De praerogatieven van een voorzitter zijn hem wel bekend en worden door hem zeer gewaardeerd, zoodat het voor de dischgenooten reeds een verkwikkenden aanblik oplevert hem den voorzitterszetel aan tafel met eenige plechtigheid te zien innemen. Zij voelen daarin een waarborg voor het welslagen van hun festijn.
Met een van geest tintelend oog blikt de praeses den kring zijner tijdelijke onderdanen rond en gééft het woord aan wien het hem goeddunkt, zonder daarom gevraagd te zijn. En dit is het bijzondere daarvan: Het kennelijk genot, dat deze uitoefening van souvereine daden den voorzitter verschaft, draagt ongemeen bij tot verhooging van de feeststemming aan den disch.
Naarmate de maaltijd vordert weet de heer Thym, in zijne inleidende woorden bij elke verleening van het woord aan een der aanzittenden, op bijna wetenschappelijke wijze de doseeringen van speelsch vernuft en fonkelende geest dusdanig op te voeren, dat een door hem geleid samenzijn aan den disch tot een volslagen éénige verbinding van geestelijke en materieele geneuchten wordt.
Ik schrijf ‘wordt’, want het is over nu en vandaag, dat ik bericht. En deze man is welhaast 75 jaren! Al het heden wordt verleden, maar moge nog jarenlang de tegenwoordige tijd bij eene beschrijving als de bovenstaande blijven passen!