De Nieuwe Gids. Jaargang 33(1918)– [tijdschrift] Nieuwe Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 407] [p. 407] Dus? door Hein Boeken. Tot Willem Kloos. ‘Dus’ dacht ik: ‘andre brachten ons wel saem.’ ‘Dus, dus’ - gij wraakt dit ‘dus’, dit redeneeren Wraakt gij als reedloos, vergt eene onderstelling? Ach, ik, ik sprak dit woordje in eene opwelling Van heimwee, dat we, ook oudrend, niet afleeren, Maar blijven toch 't onreedlijke begeeren Met schijn van reên. Is 't reên, nu we de helling Van 's levens weg afdalen met versnelling, Op heuchnis als onmisbre kost te teeren? Vergeef dat ik terugkwam op dit dicht, Dit ééne, dierder mij dan honderd zangen, Daar 't mij van wondre stonde in wonder licht In luttel woordjens heuchnis houdt gevangen. Zoo blijv' van verre zee Verleden's bruischen Dit golfje mij met zoeten zang omruischen.... Zie ‘Heuchenis aan den Doorwerth’, N.G. Aug. Nacht, 23-24 Aug. Vorige Volgende