De Nieuwe Gids. Jaargang 33(1918)– [tijdschrift] Nieuwe Gids, De– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 260] [p. 260] Heughenis aan den Doorwerth door Hein Boeken. Voor Heloïse. 'k Zei ‘Badeloch’, daar ik geen liever naam Gedoogde mijne lippen te overschrijden, Toen wij aan hooge schouwe zaten saam In 't Hooge Huis, gebouwd in de oude tijden, Die mij niet enkel heuchenissen wijden, Levend op d'aêm der ongewisse Faam, Maar schoonst mij dunkend, daar dées' tijn ons scheiden ‘Dus’ dacht ik: ‘andren brachten ons wel saam.’ Wat andre, lieve schimme kwam verschijnen Mij in dit wondre licht, dees wondre schaûw Om wie mij lief eens waren werelds schijnen In 't wondre zon-licht, stiller kaamren schaûw, O lieve, die mij lief nog 't licht zijn doet, Schoon 'k derf dier andre, droever oogen gloed. 9 Juli. Vorige Volgende