Nephtunis Zee-wagen
(1671)–Anoniem Nephtunis Zee-wagen– AuteursrechtvrijStemme: O Kers-nacht schoonder, &c.
DOen Herodes sat hoogh en heerlijck,
Is gebooren arm en deerlijck
In een Stroo-hut, en Beesten-stal,
Veracht, verarmt, al by de menschen
Des Hemels-vreugt, ons hoogste wenschen
Die ons sou lossen van den val.
Den Val die eertijts onse Ouders
Geladen hadden op haer Schouders,
Vrywilligh, door haer eygen wil,
Onkenbaer by haer van te vooren,
Begaen het werck, de droefheyt hooren,
Door ’t onderscheyt van ’t groot verschil.
| |
[pagina 64]
| |
’t Verschil versoen, doen d’ys’re Stempels
Dee scheuren de Voorhang des Tempels,
Als Ziel en Lichaem sou ontleen:
En als de Knecht door yvrigh slaven,
Sijn Meesters Meester gingh begraven,
Doen werd des Duyvels Kop vertreen.
Doe heeft het oud, na langh verlopen,
Ons door een nieuw’ weder doen hoopen,
En duysterheyd verdweenen is,
De suyv’re Son, en held’re waerheyd,
De Ziel-vertrooster in ’t Gewis.
’t Gewis, gerust moet zijn ontfangen,
Al na het Heyligh groot verlangen,
Door drift der Wolcken, dat het Oogh
Als d’ Arend, die door Sonne-stralen
Haer Ionge proeft, om af te malen,
Moet oock ons oogen zijn om hoogh.
Laet dan op nieus met nieuwe zinnen
Langer hoe liever hem beminnen,
En leggen of met ’t Nieuwe-Iaer
De Slangen-huyt, boos en fenijnigh,
Om blijven aen den Wijn-stock reynigh,
Als vruchtbaer Rancken allegaer.
|
|