Neerlandica extra Muros. Jaargang 1968
(1968)– [tijdschrift] Neerlandica extra Muros / Internationale Neerlandistiek– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 8]
| |
Nieuwe docentschappen en mutatiesGa naar voetnoot1)
| |
Deutschland: Demokratische RepublikDr. Spreu te Gent. Van Dr. A.F.R. Spreu, Lehrbeauftragter en Oberassistent aan de Humboldt-Universiteit te Oost-Berlijn ontvingen wij bericht, dat hij vana oktober 1967 met een stipendium van de Rijksuniversiteit te Gent werkzaam is aan het Seminarie voor Nederlandse Taalkunde van de Universiteit aldaar. Zijn adres te Lodz (Polen), waar hij tijdelijk aan het Germanistisch Instituut werkte, is nu komen te vervallen. In N.e.M.-5, blz. 3, vermeldden wij over Dr. Spreu enige gegevens. Wij wensen Collega Spreu een gelukkig en vruchtbaar verblijf in België toe. | |
FrankrijkNieuw docentschap Nederlands aan een Franse universiteit. Aan de Universiteit van Paris-Nanterre, een nevenuniversiteit van de Sorbonne, is op initiatief van Prof. Brachin een lectoraat Nederlands ingesteld, waarvoor met ingang van het lopend studiejaar benoemd is de Heer J.A.M. van der Stap, geb. 2. 6. 1916 te Hengelo (O.). De Heer van der Stap verwierf in 1948 aan de Université Catholique te Parijs zijn licence de philosophie en in 1949 de admissibilité au doctorat. Van 1938-'40 was hij als tolkgids in een reisbureau te Parijs werkzaam, verkeerde 1940-'44 in de ‘clandestiniteit’, was van 1944-'47 hoofdredacteur-vertaler bij de Franse Generale Staf, 1947-'53 redacteur van Franse en correspondent van Nederlandse bladen, 1953-'63 directeur van het Office National Néerlandais du Tourisme in Parijs, terwijl hij 1963-'67 de ‘roeping van Cincinnatus’, zoals hij het zelf uitdrukt, volgde, hetgeen volgens ons slechts kan betekenen, dat hij naar de ploeg, het zwaard of de dictatuur terugkeerde. Hopen wij het eerste! Lic. van der Stap publiceerde veel, echter niet over taalkunde, doch vooral artikelen over toerisme en dergelijke. Zeker dus een niet alledaagse, maar wel avontuurlijke loopbaan voor een docent Nederlands! | |
Groot-Brittannie en Noord-IerlandUniversity of Cambridge. In N.e.M.-9 deelden wij reeds het een en ander mee over de nieuwe Assistant-Lecturer Nederlands, de Heer M.J.R. Rigelsford, B.A. Wij kunnen deze gegevens thans nog met de volgende aanvullen: de Heer Rigelsford geboren 21.11.1942 | |
[pagina 9]
| |
te Gillingham, Kent, Engeland, studeerde tot het behalen van zijn B.A.-graad te Cambridge Duits, Nederlands en Frans. 1964-'65 studeerde hij met een beurs van de Nederlandse regering in Leiden vooral nederlandistiek en 1965-'66 vooral vergelijkende literatuurwetenschap te Amsterdam. De Heer Rigelsford is gehuwd met een Nederlandse. Hij publiceerde een bespreking van G. Hermanowski: ‘Die moderne flämische Literatur’ (Bern 1963), Modern Language Review, Oct. 1964, pp. 683/4, werkte mee aan de ‘New Cambridge Bibliography of English Literature: 19th Century, Literary Relations with the Continent: Dutch and Flemish’ (nog te verschijnen), verrichtte onderzoekingen voor Prof. L.W. Forster in verband met drie in Nederland gedrukte vlugschriften uit de 17e eeuw: zie Forsters ‘Die Niederlande und die Anfänge der Barocklyrik in Deutschland’, Groningen, 1967, S. 16-18 en Anm. 24. Zoals reeds vroeger vermeld, werkt de Heer R. sedert 1964 aan een proefschrift over de Nederlandse literaire kritiek sinds 1945. Sedert kort is hij recensent voor Nederlandse literatuur aan het pas opgerichte Amsterdamse tijdschrift ‘Accent’. Naar wij van het Ministerie van O. en W. vernemen, is Drs. P.A.M. Seuren bij het begin van het lopende studiejaar overgegaan naar het Instituut voor Algemene Taalwetenschap te Cambridge, zodat wij zijn naam niet meer in de nieuwe Docentenlijst hebben opgenomen.
University of London, Bedford College. Tot onze spijt verzuimden wij in N.e.M.-9 enige levensbijzonderheden e vermelden van Mej. Drs. A.A. Flipse, sinds verleden jaar als Assist. Lecturer in Dutch werkzaam bij de leerstoel van Prof. Weevers. Mej. Flipse, geb. 5.12.1937 te Haarlem, studeerde Nederlandse taal- en letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam, waar zij in 1966 haar doctoraal examen aflegde.
Nieuwe mogelijkheden in Londen. De Heer M.J.R. Rigelsford, Assistant-Lecturer te Cambridge, bericht ons dat het sinds enige tijd mogelijk is zich aan de University of London te laten inschrijven voor een External B.Z. Degree, met Nederlands als hoofd- of bijvak. De External Degree is vooral bedoeld voor thuisstuderenden. Onder auspiciën van het National Extension College (overkoepelend orgaan voor thuisstuderenden) kunnen deze studenten ook een vooral schriftelijke studiebegeleiding krijgen. De Heer Rigelsford begeleidt op deze manier drie studenten. Getracht wordt door de aan het National Extension College verbonden docenten meer eenheid te brengen in onderwijsmethoden, vooral ten aanzien van vertalen en literaire kritiek.
University of Salford. In het vorig nummer maakten wij reeds melding van het bestaan van Nederlands onderwijs aan bovengenoemde universiteit. Intussen ontvingen wij hierover nadere gegevens. Nederlands wordt gedoceerd in het kader van het Dept. of Modern Languages, dat in 1965 werd opgericht. De ‘undergraduate course’ begon twee jaar vroeger in het Dept. of Liberal Studies. Nederlands kan gekozen worden als bijtaal bij de studie van de Germanistiek en werd vanaf 1963 gegeven door Mej. Elsa Schlesinger. Mej. Schlesinger, geboren 27.8.1909 te Amsterdam, vertrok op haar 14e jaar naar Engeland, bezocht sindsdien Engelse scholen en behaalde in 1932 de B.A. (Hons.) en in 1945 de M.A.-graad, beide te Cambridge in Duits en Frans. Sedert 1932 was zij lerares aan een ‘Grammar School’, vervolgens lecturer in ‘Adult’ en ‘Further Education’ in het Duits, Frans, Engels en ook Nederlands bij de I.C.I. Ltd. en Berlitz-School en vertaalster-tolk Engels, Duits en Nederlands. Mej. Schlesinger bezit het Engelse staatsburgerschap. Zij publiceerde een schriftelijke cursus: ‘German by Mail’, uitgegeven door het Mailcourse Institute, Manchester, 1945. Het aantal studenten Nederlands bedraagt gemiddeld 6. Teleurstellend is wel, dat de Nederlandse afdeling geen boeken bezit. Ook zijn er geen beurzen beschikbaar, daar Nederlands geen hoofdtaal is en treden er nooit Nederlandse of Belgische gasthoogleraren op. | |
ItalieUniversiteiten te Milaan en Urbino. Tot onze spijt ontvingen wij bericht, dat de leeropdracht Nederlands aan het Tolkeninstituut, uitgaande van bovenvermelde universiteiten, wegens gebrek aan belangstelling is opgeschort. | |
[pagina 10]
| |
Universiteit te Triëst. Na een afwezigheid van een jaar heeft Mevr. A.J. Musacchio-Visser 't Hooft haar werkzaamheid als lector Nederlands aan de met deze Universiteit verbonden Tolkenschool weer opgenomen. Gedurende haar afwezigheid werd zij vervangen door Mevr. R.R. Koks-Brons uit Groningen. | |
Sowjet UnieUniversiteit te Leningrad. Een uitvoerige briefwisseling heeft er zich de laatste maanden ontsponnen tussen voorzitter en secretaris van de Werkcommissie enerzijds en de Heer Eugeen Sjoebin, wetenschappelijk medewerker aan het Instituut voor Taalwetenschap van de Academie van Wetenschappen der Sowjet-Unie (afdeling Leningrad) anderzijds. Een van Sjoebins leerlingen geeft reeds een cursus Nederlands aan bovenvermelde universiteit in het kader van de studie der Indonesische talen (vroeger vervulde hij zelf deze functie). Het doel van de Heer Sjoebin is evenwel tot de oprichting van een afzonderlijke Nederlandse afdeling te komen, zoals die ook te Moskou bestaat. De Heer Sjoebin is met de voorbereiding hiervan druk bezig en wij trachten hem hierbij zoveel mogelijk behulpzaam te zijn door het verstrekken van inlichtingen, van nuttige adressen, documentatie en boeken. Ook wisselde hij met Prof. Thys belangrijke boeken uit en zond hij hem een artikel van zijn hand: ‘“Gallicismen in Consciences” “De Leeuw van Vlaanderen”’, evenwel ..... in het Russisch (zie een bespreking van dit werk op blz. 21). Onder Sjoebins leiding wordt er op het ogenblik een diploma-scriptie voorber id die een vergelijking tussen twee Nederlandse vertalingen van Charles de Costers ‘Tijl Uilenspiegel’ betreft. Een moeilijkheid voor de Heer Sjoebin is, dat, zolang de Nederlandse afdeling er nog niet is, hij als particulier geen geld naar de. westelijke landen kan overmaken en hier dus geen boeken kan bestellen. Als voorlopig adres van het instituut, waaraan boeken voor de toekomstige Nederlandse afdeling kunnen worden gezonden, geldt: E. Sjoebin, Universitetskaja nab. 5, Institut Jazykoznanija, Leningrad W-164, U.S.S.R. | |
TsjechoslowakijeUniversiteit van Brno. Onder de ‘Nagekomen Berichten’ (rubriek XVI, blz. 32) konden wij in het vorig nummer van ons blad nog juist meedelen, dat er sinds 1946 ook Nederlands onderwijs blijkt te worden gegeven aan bovengenoemde universiteit en wel door Mevr. Erika A.J.J. Solar̈ová-Montijn, geb. 26.2.1912 te 's-Gravenhage. Mevr. Solar̈ová legde in 1937 te Groningen haar kandidaatsexamen Duits af, onderbrak tijdens de bezettingsjaren haar studie, zette deze na de bevrijding voort, doch moest zich spoedig daarna in het Int. Stud. Sanatorium in Zwitserland laten opnemen, waar zij de Heer J.A. Solar̈ uit Brno leerde kennen. Uit het huwelijk met hem, dat in 1965 ontbonden werd, werden twee kinderen geboren. In 1947 werd zij tot extern lector Nederlands te Brno benoemd. In 1957 beëindigde ze haar studie aan dezelfde universiteit met de graad promovaný pedagog-Duits, bijvak Nederlands. Sinds hetzelfde jaar is zij intern lerares Duits aan de School voor Talen - Jazyková Skola, Kotlár̈ská 9, Brno. Mevr. Solar̈ová bereidt de uitgave van een leerboek Nederlands voor Tsjechoslowaken voor. Een scriptum oefeningen in de Nederlandse taal en een scriptum leesteksten dienen voor intern gebruik. Mevr. Solar̈ová bezit het Nederlands en Tsjechoslowaaks staatsburgerschap. | |
ZwedenUniversiteit van Stockholm. Eveneens konden wij in N.e.M.-9 reeds de naam vermelden van de assistente van Dr. J. de Rooy, Mej. Ingrid Wikén, belast met het geven van een propedeutische cursus Nederlands in het talenpracticum. Mej. Wikén, geboren 18.4.1943 te Uppsala en Zweedse van geboorte, woonde van haar 13e tot haar 19e jaar in Nederland, waar zij het Delftse Grotius-Gymnasium afliep. Zij keerde daarna naar Zweden (Stockholm) terug, waar zij in 1964 3½ punten (= betyg) in het Duits, na een studiejaar (1964-'65) aan de Sorbonne, in 1966 dezelfde cijfers voor Frans en in 1967 nog eens dezelfde voor Nederlands behaalde. Voor het verwerven van de magister-graad in 1966 volgde zij een cursus in de psychologie en pedagogie. In 1967 studeerde zij met een beurs te Leuven. Haar scriptie: ‘Het leren van Nederlands door Zweedstaligen in het talenlaboratorium’, Stockholms Universitet, 1947, 45 bladzijden gestencild, trok hier enigszins de aandacht. De Werkcommissie ontving verzoeken haar te willen toezenden aan de Technische Hogeschool te Eindhoven en aan een bekend uitgever alhier. | |
[pagina 11]
| |
Buiten-Europese landenBraziliëUniversidade Federal de Pernambuco. Via de Ambassade van Brazilië te 's-Gravenhage kwamen wij in contact met Professor Dr. José Antonio Gonçalves de Mello, directeur van het Instituto de Ciências do Homen van bovengenoemde universiteit. Prof. de Mello deelt ons mee, dat er sinds 1965 op zijn initiatief aan zijn universiteit in het instituut voor Menswetenschappen Nederlands onderwezen wordt om studenten in de geschiedenis, die reeds een graad behaald hebben, in staat te stellen een meer diepgaande studie te maken van handschriften en documenten in Nederlandse archieven bewaard, over het tijdperk van de bezetting van Noordoost-Brazilië door de West-Indische Compagnie (1630-'54). De docent Nederlands is de Nederlandse student Frans Moonen, die het volgend jaar zijn studie in de sociale wetenschappen hoopt te beëindigen. Professor Gonçalves de Mello zelf leest Nederlands gemakkelijk. Hij verbleef tweemaal in ons land: 1957-'58 in dienst van zijn Universiteit, tijdens welke periode hij tevens privaat-docent in de geschiedenis van Brazilië was aan het Spaans-Portugees en Ibero-Amerikaans Instituut van de R.U. te Utrecht; in 1962 op uitnodiging van het Ministerie van O.K. en W. ten behoeve van een onderzoek in het Algemeen Rijksarchief en in de Koninklijke Bibliotheek. De Universiteit te Pernambuco is de enige Braziliaanse universiteit die over een cursus Nederlands beschikt en daarmee over de mogelijkheid doctorandi in de historische wetenschappen tot Nederlandse bronnenstudie in staat te stellen. | |
IndonesiëUniversiteit van Malang. Naar wij van de decaan van de Fakultas Keguruan Sastra & Seni, Dept. of Bahasa Indonesia, vernemen, wordt aan bovenvermelde universiteit Nederlands gedoceerd door Prof. Drs. R. Soewojo Wojowatito, over wie wij in een volgend nummer enige levensbijzonderheden hopen te kunnen geven.
Universitas Diponegoro te Semarang. Hetzelfde geldt van de Heer Soeparman, die naar Pater Mr. H.C. van Deinse, S.J., lector aan genoemde universiteit, ons meldt, aldaar een leeropdracht in het Nederlands vervult. | |
Verenigde StatenNederlands aan de University of Massachusetts. Met ingang van het academisch jaar 1969-1970 zal aan de University of Massachusetts te Amherst, Mass. Nederlands worden gedoceerd, waarvoor Dr. E.M. Beekman, die zopas aan Harvard University is gepromoveerd, werd aangezocht. Het Nederlands zal worden gedoceerd in de vorm van een ‘Program of Dutch Language and Literature’ als onderdeel van het Department of Germanic Languages and Literatures. Het onderwijs zal worden verstrekt in Mackmer Hall, University of Massachusetts, Amherst, Mass. 01003. Het onderwijs zal aanvankelijk op College level worden gegeven, maar Dr. Beekman hoopt zo spoedig mogelijk, bij voldoende belangstelling van de kant van de studenten, met een graduate program te beginnen. Alle documentatie, boeken, tijdschriften, waarmee een Nederlands instituutsbibliotheek kan worden opgebouwd, worden dankbaar aanvaard aan bovenstaand adres.
16e Universiteit met Nederlands Onderwijs in de V.S. Van de Heer Henk Edelman, University Center Bibliographer, vernemen wij dat hij door het hoofd van de afdeling Germaanse en Slavische talen van Vanderbilt University, te Nashville, Tennessee 37203, Prof. Dr. Josef Rysan, is uitgenodigd in het studiejaar 1968-'69 een Cursus Nederlands te gaan geven. | |
Zuid-AfrikaRandse Universiteit te Johannesburg. Aan deze universiteit is met ingang van 1.1.1968 benoemd tot hoogleraar in de Afrikaanse en Nederlandse taalkunde: Prof. Dr. F.F. Odendal, tot dien werkzaam aan het Universiteitskollege Wes-Kaapland. François Frederik Odendal, geboren 28.12.1926 te Knysna, Kaapprovincie, behaalde 1946 zijn B.A.- en in 1950 zijn M.A.-graad, beide cum laude aan de universiteit van Stellenbosch en promoveerde aldaar tot D. Litt. in 1957. 1952-'53 studeerde hij te Leiden Nederlandse, Germaanse en Algemene Taalkunde. 1953-'56 was de Heer Odendal | |
[pagina 12]
| |
werkzaam op het Vaktaalburo van de S.A. Akademie te Pretoria en werd in 1956 aangesteld bij het Woordeboek van die Afrikaanse Taal, in 1962 tot assistent-hoofdredacteur en in 1966 benoemd tot hoogleraar aan het Universiteitskollege van Wes-Kaapland. Prof. Odendals publikaties betreffen alle het Afrikaans.
Universiteit van Port Elizabeth. Begin juni l.l. deelde Prof. Dr. J.E. Loubser van bovenvermelde universiteit ons mee, dat men aldaar van plan was het Nederlands onderwijs uit te breiden en met het oog hierop aangaande een nieuw lectoraat had geadverteerd. Prof. Loubser verzocht ons tegelijkertijd hem bij het zoeken naar een geschikte kandidaat behulpzaam te zijn. De Werkcommissie heeft de haar toegezonden advertentie daarop aan alle Nederlandse en Belgische hoogleraren in de nederlandistiek toegezonden. Begin december kon Prof. Loubser ons daarop berichten, dat deze actie succes had opgeleverd en dat met ingang van 1.1.1968 benoemd was Mej. Drs. Yvette H.L. Stoops uit Antwerpen, zodat het Instituut Afrikaans-Nederlands van deze jonge universiteit thans over vier voltijdse leerkrachten beschikt, twee voor taalkunde en twee voor letterkunde. Met behulp van Mej. Stoops en door de aanschaf van de audio-visuele cursus van Dr. Jonker van de Vrije Universiteit te Amsterdam, hoopt men het onderwijs in de Nederlandse taal verder uit te breiden. Yvette H.L. Stoops, geboren 2.10.1929 te Antwerpen, behaalde haar Lic. Germ. Fil. aan de R.U. te Gent in 1951. Zij studeerde daarna drie maanden aan de Universiteit van Amsterdam en was daar werkzaam aan het Dialectenbureau. Sedert 1952 was zij lerares bij het M.O., sedert 1954 aan het Kon. Lyceum te Antwerpen. Zij legt zich in het bijzonder toe op de verspreiding van het correct Nederlands taalgebruik in België en is stichtend lid van de Vereniging voor Beschaafde Omgangstaal te Brussel.
Universiteitskollege van Wes-Kaapland te Bellville. Na het vertrek van Prof. Loubser is alhier benoemd de Heer Ch. van Schalkwijk M.A., over wie ons nog geen nadere gegevens bereikten. |